“Jeugdige jaren in mijn zilveren tijd”

Ik laat de tijd maar even aan mij voorbijkomen als iets wat wij allemaal ondergaan en niemand wordt uitgezonderd en waar deze spiegel als een loop door de tijd voor iedereen anders wordt ingevuld. Jou meegekregen genen bepalen een groot gedeelte van het ouder worden en de tijd leert hoe er dan mee om te gaan.

In een wereld waar de tijd ongenadig voortschrijdt en mijn rimpels de kaart van het leven lijken te markeren, doemt de vraag op: wat doe ik met mijn ouderdom als ik mij niet oud voel? Hoe ga ik dan om met mijn leeftijd als een bejaard iemand die er nog jeugdig uitziet? Ik kan het zelf haast niet geloven als ik soms het verschil in uiterlijk zie als ik kijk naar de persoon van om de hoek. Is het dan dit gevoel ook dat invloed heeft op mijn gezondheid? Laten we dan deze vraagstukken ontrafelen in een verhaal, een reis door de loop van de tijd die ons uiteindelijk allemaal samen verbindt.

Ouderdom, is een begrip dat vaak wordt geassocieerd met grijze haren en stramme ledematen, het blijkt in de moderne samenleving steeds meer een relatief begrip te worden. In een tijdperk waarin gezondheid en levensstijl centraal staan, vervaagt de grens tussen oud en jong. Ik ontdekte nieuwe manieren om met deze jaren om te gaan en beweer zelfs dat leeftijd slechts een getal is.

Het begint met het bewustzijn van mijn eigen ouder worden. Het moment waarop ik besef dat de kaarsjes op mijn verjaardagstaart steeds moeilijker te tellen zijn, maar dat mijn geest nog springlevend voelt. Voor sommigen is het een ontdekking, terwijl anderen zich verzetten tegen de onontkoombare mars van de tijd. Maar hoe ik mij ook voel, het is de kunst om het leven te omarmen en te accepteren. Probeer veel van je zelf te houden en je eigen ik hierin lief te hebben.

Een cruciale factor in het omarmen van mijn ouderdom is het behouden van het jeugdige gevoel. Het is niet alleen een kwestie van uiterlijk; het draait om de geestelijke veerkracht en de wil om te blijven leren en groeien. Want wie ben ik met een jeugdige uitstraling als de geest verstart in oude gewoonten en starheid?

Sommige mensen lijken gezegend met het geheim van de eeuwige jeugd. Ze kunnen de jaren trotseren zonder dat het afbreuk doet aan hun vitaliteit. Het is alsof ze een overeenkomst hebben gesloten met de tijd, een geheime overeenkomst die hen beschermt tegen de rimpels en de grijze haren die als van zilver beginnen te lijken. Maar is het slechts genetica, of speelt levensstijl hierin een doorslaggevende rol?

Levensstijl, het alomvattende woord dat de keuzes en gewoonten van mij als individu omvat. Wat ik eet, hoeveel ik beweeg en hoeveel stappen zet ik vandaag? Hoe ik omga met stress, het zijn allemaal bouwstenen van mijn welzijn. Ik Kijk naar de toekomst en stel mij in op mijn verlangens en wensen. In het bijzonder beïnvloeden deze volgende factoren hoe ik ouder word. Ik probeer een gebalanceerd eetpatroon te volgen, regelmatige lichaamsbeweging en mentale veerkracht lijken de sleutel tot mijn jeugdige ouderdom te zijn.

Maar wat als mijn jaren voorbijgaan en ik nog steeds het gevoel heb dat de tijd geen vat op mij heeft? Wat als ik, ondanks mijn zilveren haren, nog steeds de wereld met verwondering en nieuwsgierigheid tegemoet treedt? Het lijkt erop dat mijn gevoel van jeugdigheid een krachtige bondgenoot is in het spel van mijn ouder worden.

Het besef dat mijn jeugdigheid niet enkel afhangt van uiterlijke kenmerken, maar ook van innerlijke beleving, opent dat de deur naar nieuwe perspectieven. Het is de erkenning dat mijn leeftijd niet alleen een fysieke realiteit heeft, maar ook een mentale gesteldheid. Het is de kunst om, ongeacht het aantal kaarsjes op mijn taart, de vlam van enthousiasme en de levenslust in mij en samen met mijn partner brandend te houden.

In een wereld waarin de vergrijzing toeneemt, is het van essentieel belang om het concept van mijn ouderdom te herdefiniëren. Het is niet langer voldoende om te kijken naar mijn eigen grijze haren en mijn gerimpelde en slappe huid als de enige indicatoren van ouder worden, het draait om het erkennen van de waarde van elke levensfase en het benutten van de potentie die inherent is aan mijn zilveren jaren.

Een interessante paradox (Een voorbeeld van een paradox is: ‘Kalm aan, en rap een beetje!’. Op het eerste gezicht lijkt deze zin niet logisch omdat ‘kalm’ en ‘rap’ een tegenovergestelde betekenis hebben. Wanneer je iets langer nadenkt en de zin nogmaals leest, dan staat er eigenlijk dat iemand snel rustig moet worden) doet zich voor wanneer ik ontdek dat het gevoel van mijn jeugdigheid niet alleen van invloed is op mijn mentale welzijn, maar ook op mijn fysieke gezondheid. Er zijn talrijke studies die aantonen dat een positieve manier van denken en een jeugdige kijk op het leven daadwerkelijk het verouderingsproces kunnen vertragen.

De invloed van emoties en gedachten op mijn lichaam worden steeds duidelijker in de medische wereld. Stress, angst en negatieve overtuigingen worden geassocieerd met een versneld verouderingsproces en een verminderde levensduur. Aan de andere kant kunnen optimisme, veerkracht en een gevoel van levensdoel bijdragen aan een gezonder en langer leven.

De wetenschap van de positieve psychologie onthult de kracht van positief denken en het cultiveren van een levenslustige houding. Het blijkt dat mijn brein, het meesterlijke orgaan dat de regie voert over mijn lichaam, buitengewoon gevoelig is voor de signalen die ik stuur. Mijn jeugdige geest kan daadwerkelijk de fysieke veroudering vertragen en bijdragen aan een langer en gezonder leven.

In het licht van deze bevindingen rijst bij mij de vraag op: kan ik de klok van de tijd beïnvloeden door simpelweg mijn perspectieven te veranderen? Is het mogelijk om mijn ouderdom te benaderen als een nieuwe fase van groei en mogelijkheden in plaats van een aflopende lijn naar fysieke achteruitgang?

Het lijkt erop dat ik, te midden van de snelle veranderingen en vooruitgang in de medische wereld, de kracht van de geest en emoties niet mag onderschatten. Het is een uitnodiging om bewust om te gaan met mijn gevoel van leeftijd en de impact ervan op mijn gezondheid te erkennen. Mijn zilveren jaren hoeven niet louter te bestaan uit beperkingen; ze kunnen evengoed gekenmerkt worden door vrijheid, wijsheid en levensvreugde.

In mijn zoektocht naar een jeugdige ouderdom is het belangrijk om de balans te vinden tussen zelfzorg en acceptatie. Het gaat niet alleen om het najagen van eeuwige jeugd, maar ook om het omarmen van de unieke schoonheid van elke levensfase. Ouder worden is geen teken van zwakte, maar een symbool van doorleefde ervaring en innerlijke groei.

In dit verhaal heb ik met u gereisd door de loop van de tijd, waarin de betekenis van ouderdom wordt ontleed en geherdefinieerd. Het is een uitnodiging om bewust te worden van mijn gevoel van jeugdigheid, omarmend wat de zilveren jaren te bieden hebben. *JGJCVA17022024*dejeudigeouderdom*

“Mijn Muggenzifters verhaal”

“Het Muggenzifters verhaal”,

Het was een zonnige zaterdagmiddag, het perfecte moment voor een potje voetbal in het dorp. De lokale teams stonden tegenover elkaar op het groene grasveld, klaar voor een belangrijke wedstrijd. De spanning hing in de lucht, maar niet alleen vanwege het sportieve duel dat zich zou ontvouwen.

In de hedendaagse voetbalwereld was er een nieuw fenomeen geïntroduceerd – het VAR-systeem, afgekort voor Video Assistant Referee. Dit systeem werd oorspronkelijk ingevoerd om twijfelachtige beslissingen van scheidsrechters te beoordelen en recht te zetten. Echter, zoals zo vaak het geval is, evolueerde de toepassing van het VAR-systeem tot iets wat de ziel van het spel zelf dreigde te corrumperen.

De commentatoren prezen de VAR als een zegen voor het voetbal. “Een instrument van rechtvaardigheid”, noemden ze het. Maar in werkelijkheid was het VAR-systeem geëvolueerd tot een soort digitale muggenzifter, een microscoop gericht op elk moment van het spel, op zoek naar de kleinste overtredingen en incidenten. En zo begon het, de langzame dood van de spontaniteit, het ritme en het karakter van het voetbalspel.

Zo ook begon ons verhaal, een verhaal dat parallel loopt aan de ontwikkelingen in het voetbalveld. Want zoals het gaat in de voetbalarena, zo gaat het ook in het dagelijkse leven, vooral in deze polariserende tijd waarin we ons nu bevinden.

Het begon onschuldig genoeg. De VAR werd geïntroduceerd om ervoor te zorgen dat bijvoorbeeld een ‘hens-bal’, de geheimzinnige term die werd gebruikt om overtredingen aan te duiden, eerlijk en onpartijdig worden beoordeeld. Maar al snel merkten we dat het niet langer alleen ging om het bestraffen van duidelijke overtredingen. Nee, het ging veel verder dan dat.

Het verhaal vervolgde met de constatering dat het VAR-systeem nu werd gebruikt om te bepalen of er ‘ergens een pink tussen twee onderdelen zitten’, tussen de bal en de menselijke arm of hand. Een vreemde wending, maar het illustreerde perfect de obsessie met het kleinste details. Niet alleen de grote overtredingen werden onder de loep genomen, maar ook de ogenschijnlijk onbeduidende momenten, de pink bijvoorbeeld die wellicht een cruciale rol speelde in het al dan niet veroordelen van een speler waardoor een “hens-bal” en dus een strafschop moet volgen.

Het verhaal ging verder met het betoog dat de oorspronkelijke intentie van het VAR-systeem, namelijk het bevorderen van rechtvaardigheid, was vervangen door een drang naar perfectie. Een drang die niet alleen het voetbalspel vertraagde, maar ook het karakter ervan aantastte. De spontaniteit, de passie, het onvoorspelbare – allemaal verdreven door de digitale muggenzifter die over het veld zweefde.

En zo vertraagde het spel, elke keer dat de scheidsrechter naar de zijlijn moest lopen om de beelden te bekijken. De passie en het karakter van het voetbal leken te verdwijnen, vervangen door eindeloze discussies over millimeters en microseconden. Het voetbal werd een spel van technische precisie in plaats van menselijke emotie.

Maar wat zegt dit over onze samenleving? In deze tijd van polarisatie lijken we ook steeds meer te vervallen in het muggenziften. Geen detail ontgaat ons, geen opmerking gaat onbesproken. We bemoeien ons met Jan en Alleman, en daardoor ontstaat er ontevredenheid en verdeeldheid.

En terwijl dit verhaal voortgaat, wordt de brug geslagen naar het dagelijkse leven. Hierin wordt betoogd dat we, net als in het voetbal, verstrikt raken in dat muggenziften. In een tijd waarin niets ons ontgaat, waar elke actie, elke uitspraak wordt onderworpen aan een kritisch oog. Een tijd waarin we ons bemoeien met Jan en Alleman, waar geen detail te klein lijkt om onopgemerkt te blijven.

De vraag rees: Zijn we niet allemaal bezig met zoeken naar de allerkleinste negatieve details, zijn we niet aan het muggenziften in ons dagelijks bestaan? Zijn we niet verstrikt geraakt in een web van ontevredenheid, waarin we elke handeling van anderen analyseren en bekritiseren? En wat voor impact heeft dit weer op onze relaties, met vrienden, familie en zelfs kinderen?

Het verhaal vervolgde met een pleidooi voor begrip en liefde. Een oproep om minder te weten en meer te begrijpen. Want als we minder van elkaar zouden weten, als we minder zouden muggenziften, zou de wereld een emotionelere plek zijn. Een plek waar liefde elke moeilijkheid overbrugt.

Als we elkaar minder zouden bekritiseren en meer zouden begrijpen, zou de wereld een stuk vriendelijker zijn. Liefde, niet oordelen, dan zou de drijvende kracht moeten zijn achter onze interacties. Want liefde overbrugt elke moeilijkheid, in het voetbal en in het leven.

Laten we dus streven naar een wereld waarin we minder letten op de kleine dingen, en meer op de essentie van menselijke verbondenheid. Alleen dan kunnen we echt samen juichen – op het veld en ook daarbuiten.

En zo eindigde dit verhaal, met een reflectie op de huidige staat van het voetbalspel in veergelijking met het dagelijkse leven. Een waarschuwing om niet verloren te raken in het muggenziften, maar in plaats daarvan ruimte te laten voor begrip, empathie en liefde, de ware elementen die elke wedstrijd, zowel op het veld als daarbuiten, echt de moeite waard maken. *JGJCVA30012024*hetMuggenziftersverhaal*

Gebroeders-de-Witt-vermoord-1672-350-jaar-geleden.jpg

In een tijdperk van ongekende en onrustige tijden doorkruist onze wereld ook nu weer.

Gebroeders de Witt vermoord in 1672-350 jaar geleden

De wereld bevindt zich nu ook in een turbulente tijd, waarin conflicten, verlies en onzekerheid overheersen. Oorlogen en menselijk lijden is de tragische realiteit die ons allemaal raken. Laten we eens kijken naar aspecten van deze onzekere tijd en onze mogelijke toekomst.

In een tijdperk van ongekende en onrustige tijden doorkruist onze wereld een periode waarin conflicten, verlies en onzekerheid de boventoon voeren. Oorlogen en het menselijk lijden manifesteren zich als tragische realiteiten die een diepgaande impact hebben op ons collectief bewustzijn. Laten we de lens van zelfreflectie richten op verschillende facetten van deze onzekere periode en een blik werpen op mogelijke scenario’s voor de toekomst.

De huidige wereldorde lijkt verstrikt te zijn in een web van onderlinge conflicten en geschillen, waarin de fijnste draadjes van vrede fragiel balanceren boven de afgrond van conflicten. Conflicten, zowel op internationale schaal als binnen onze landsgrenzen, deze werpen een schaduw over de horizon van stabiliteit. Het is alsof onze wereld, ooit verenigd met z’n allen in streven naar vrede, nu erg verdeeld is door scherpe kloven van onenigheid en strijd.

Verlies manifesteert zich op diverse fronten, variërend van persoonlijk verdriet tot collectieve rouw. Het is niet slechts het verlies van dierbaren, maar ook het verlies van het vertrouwen in de afspraken tussen mensen om samen zaken te regelen hoe met elkaar om te gaan en het vertrouwen hebben in de systemen die ooit als bastions van zekerheid werden beschouwd. Deze leemten in het weefsel van onze samenleving laten littekens achter die resoneren met een diep gevoel van verlies en ontworteling.

De atmosfeer van onzekerheid hangt als een wolk boven ons dagelijks bestaan. De toekomst lijkt gehuld in nevels van voorspellingen die slechts vage contouren tekenen voor ons. De fundamenten van stabiliteit en voorspelbaarheid zijn aan het wankelen, waardoor er een atmosfeer van onzekerheid ontstaat die de kern van onze tijd kenmerkt.

De tragische realiteiten van oorlogen en menselijk lijden dringen door tot het wezen van ons bestaan. Oorlogen, met hun vernietigende kracht en daardoor de ontwrichtende gevolgen, snijden als vlijmscherpe messen door de stof van menselijke gemeenschappen. Het menselijk lijden, een onvermijdelijk gevolg van conflicten, manifesteert zich in de gebroken levens, de verloren dromen en de diepe littekens die blijven getuigen van de prijs die wordt betaald.

Laten we eens stilstaan bij de scherpe randen van deze tijd en de mogelijke toekomst overdenken. Het is een uitnodiging tot het terugkijken op hoe je te werk bent gegaan en daarvan leren, tot het doorgronden van de complexiteit van onze wereld en het verkennen van paden die kunnen leiden tot een meer verenigde, vreedzame en hoopvolle toekomst.

In deze doolhof van uitdagingen en onzekerheden moeten we moedig de confrontatie aangaan met de schaduwen van deze conflicten, verlies en onzekerheid. Laten we samen streven naar een wereld waarin de draadjes van vrede niet langer fragiel balanceren, maar stevig verweven zijn tot een duurzaam weefsel van harmonie. In deze zoektocht naar een betere toekomst kunnen we putten uit de kracht van het vermogen om je in te leven in een ander, zonder dat je de emoties of gevoelens van hem of haar zelf ervaart, begrip en solidariteit, zodat we gezamenlijk een pad kunnen banen naar een tijdperk van hernieuwend Geloof en de Hoop hebben in een Liefdevoller leven en welvaart. *JGJCVA14022024*conflictenengeschillen*

“Het Zomerse Genot”

In het hart van de zomer, wanneer de zon hoog aan de hemel staat en de zon haar stralen als gouden draden doet weven door de bladeren van de bomen, ontvouwt zich een schouwspel van warmte en genot. Deze warmte, die als een zachte omhelzing van Moeder Natuur ieder levend wezen streelt tot op zekere hoogte. Het is een moment van samensmelting van deze natuur, waarin de zomerse zon zijn weldaad verspreidt over de aarde.

Voor de mens en het dierenrijk is deze warmte een bron van vreugde en noodzaak, een verwelkoming van de seizoensgebonden overvloed die de natuur te bieden heeft. Zodra de eerste zonnestralen de koele lenteochtenden verjagen, ontwaakt er een nieuwe energie in het land. Onze kleding wordt lichter, de lichamen strekken zich uit in de zon en wij lijken even tot rust te komen in de warme omhelzing van de zomer en dat doet ons goed.

Dieren dartelen in wei en bos, genietend van de zonnige dagen die hen uitnodigen tot spel en avontuur. De warmte van de zomerse zonnestralen dringt diep door in hun vacht en verkwikt hun lichamen. Een kat ligt tevreden op een vensterbank te spinnen, gevangen in een zonnestraal en terwijl een hond zich koestert in de warmte van dat zomerse moment. Zelfs de kleinste insecten lijken te dansen op de thermiek van opstijgende lucht, hun vleugels trillen van opwinding.

In de wereld van planten en bomen is de zomer een tijd van overvloedige groei en weelderigheid. Het zonlicht wordt opgevangen door de bladeren, die als groene kunstwerken de energie van de zon omzetten in hun leven. Bloemen openen hun knop als eerbetoon aan de zon, terwijl vruchten rijpen onder haar warme zomerse blik. De zomer is het seizoen waarin de natuur haar volledige pracht tentoonspreidt, het is een symfonie van kleuren en geuren die de zintuigen laat betoveren.

Voor de mensheid is de zomer meer dan alleen een seizoen; het is een ervaring van vreugde en ontspanning. Warme dagen nodigen uit tot activiteiten, of het nu gaat om een picknick in het park, luieren aan het strand of wandelen in de bergen. Het geluid van lachende kinderen vermengt zich met het getjirp van krekels en mus, terwijl volwassenen genieten van de warme avonden op het terras of in de tuin. Samen gezellig bij elkaar. De zomer brengt een gevoel van gemeenschap en verbinding met zich mee, een gedeelde waardering voor de weldaad van de zomerse warmte.

Toch moeten we niet vergeten dat, zelfs in deze idyllische warmte, er grenzen zijn aan het genot van een zomer. Terwijl de zon zijn stralen gul deelt, kan de hitte soms intens worden en zelfs overweldigend zijn. Het is belangrijk te beseffen dat wat een zacht genot was, kan omslaan in een uitdaging bij extreme temperaturen. Het begrip van deze grenzen is een vorm van wijsheid die voortkomt uit respect voor de natuur en het begrijpen van onze eigen kwetsbaarheid daarin.

In landen waar de zomerse hitte genadeloos kan toeslaan, leren mensen door ervaring de kunst van het koelen. Schaduwrijke plekken worden opgezocht, verfrissend water wordt ingeschonken, en siësta’s worden gehouden om de intensiteit van de middagzon te vermijden. Deze praktijken getuigen van de wijsheid om in harmonie te leven met de natuur, om niet alleen van haar gaven te genieten, maar ook om te weten hoe deze op een verstandige manier zijn te omarmen.

Bovendien herinnert de zomerse hitte ons eraan dat het behoud van onze omgeving van vitaal belang is. De opwarming van de aarde heeft invloed op de intensiteit en duur van de zomerse warmte, waardoor het een urgent vraagstuk wordt om te adresseren. Het is een oproep tot wijsheid om bewustzijn te creëren over klimaatverandering en de noodzaak om duurzame keuzes te maken die de delicate balans van onze planeet moeten respecteren.

In conclusie is de warmte van de zomer een geschenk dat door de eeuwen heen generaties heeft verenigd in vreugde en in gemeenschap. Het is een bron van genot voor ieder levend wezen, van mens tot dier, van plant tot insect. Maar te midden van dit genot schuilt ook de noodzaak van wijsheid, om de grenzen van de warmte te begrijpen en te erkennen, en om zorg te dragen voor de aarde die ons dit seizoensgebonden geschenk schenkt. Laten we koesteren wat de zomer ons biedt, met respect en dankbaarheid voor de warmte die ons verbindt met de essentie van het leven.

*JGJCVA20012024*hetzomersegenot*

“En het was zo heel gewoon”

Het was een tijd die we ons nog nauwelijks meer kunnen voorstellen, een tijd waarin het leven van mijn jeugd een totaal andere dimensie had dan vandaag de dag. Het waren de jaren 1943-1955, een periode die gekenmerkt werd door eenvoud, vrijheid en een onbezorgde levensstijl. Voor mij als kind van die tijd was het allemaal zo heel gewoon, maar voor de kinderen die nu leven in een tijd van X, technologische vooruitgang en overbescherming, lijkt het bijna als een verhaal uit een andere wereld.

Mijn avonturen begonnen vaak al zodra ik mijn voeten buiten de deur zette. Auto’s reden nog niet zo hard en nog steeds midden op de weg. Witte strepen waren bij ons in het dorp nog niet uitgevonden en stoplichten kwamen nog maar sporadisch voor in de grote stad. Veiligheid was een begrip dat een andere betekenis had. Ik klom op de mestkar en op een melkwagen, op de boerenkar met zakken meel zojuist beladen op de Boerenbond bij ons tegenover en dat deed ik allemaal zonder ook maar een seconde na te denken over het gemis van veiligheidsstoeltjes, gordels of een airbag.

Mijn speelgoed en trapauto was geschilderd met verf vol lood en cadmium, maar daar maakten ik mij niet zo druk om. Ik dronk melk elke dag en rechtstreeks van de koe en eieren at ik met Pasen zonder te weten wat PFAS was. Ik zwom zonder het te willen in het kanaal tussen de ijsschotsen door, gekleed in mijn te wijde broek en jas, zonder ook maar een spoor van angst getoond te hebben, zelfs niet bij 3 keer kopje onder, ook niet als de drek en de dode vissen langs mij heen dreven. Mijn toekomstige schoonvader, wist ik toen ook niet, kwam vanuit zijn café en rijkte mij een biljartkeu aan. Hieraan hijs ik mij uit alle kracht omhoog naar straatniveau. Daarna nat achterop die stalen fietspakkendrager gezet met een paardendeken omgeslagen. Dat was voor de kou vanonder uit het ijs en weer thuis afgezet. Direct in het bed van mijn pa en ma gestopt. Na mijn kopje onder van onder het ijs met veel smerigheid dat ik wel had ingeslikt. En dit gebeurde ook allemaal in die tijd en mijn genoemde jonge jaren.

De hooizolder van de overburen was ook mijn speeltuin, en waar nog geen hekje om het zolderluikgat zat en waar het avontuur lonkte maar als ik te ver ging kukelde ik daardoor omlaag. Het was ook nog de tijd dat de dorsvlegel werd gebruikt door de boeren om het koren te scheiden van de afgemaaide korenhalmen. Ik sloeg er op los als ik het ook mocht proberen en als ik niet uitkeek kreeg ik de vlegel zelf in mijn nek i.p.v. het koren te raken en dat deed behoorlijk pijn, kan ik mij nog herinneren. Flessen met gevaarlijke stoffen waren nog niet aan de orde en de enige pot die ik kenden was die met uierzalf gevuld en die gebruikt werd voor de ontstoken tepels van de koeien. Zalf die ik dan ook zonder aarzelen gebruikten voor mijn eigen kwaaltjes zoals schrale handen of een geïrriteerde huid.

Op de fiets zaten we achterop, onze billen rustend op de bagagedrager van staal en de spijlen tekende zich dan af op je blote billen als je er van afsprong. Ik klampten mij dan vast aan de schroefveren van onder het zadel onder de bibs van de bestuurder. Water uit een fles was een luxe die ik toen ook nog niet kon voorstellen. Ik dronk uit de waterpomp, waarvan de leidingen nog van lood waren en waar soms zelfs een kikker in ronddwaalde.

Een pakje met kauwgom was een schat die ik koesterde, en als ik geluk had, kreeg ik een cent mee om onderweg een dropje te kopen. Op school zat ik op een houten bank, soms nog met gevaarlijke kleppen eraan, en als anderen links probeerde te schrijven, dan kon diegene een tik op de vingers verwachten. Ik schreef nog met een kroontjespen op school hiervoor was in mijn schoolbank een inktpotje met schuifje bevestigd waarin ik mijn kroontjespen dan doopte. Mijn rechterwijsvinger die de kroontjespen omsloot was altijd blauw of zwart van de inkt. Te diep had de kroontjespen dan in het glaasje gekeken. Het leesplankje was in mijn eerste klas nog steeds in gebruik.

Mijn schoenen, fietsen en schaatsen waren vaak al ingedragen en gebruikt door die ander, maar dat deerde mij niet. Mijn eerste fiets was van samengestelde onderdelen en opgesmukt met een bel met een Mickey Mouseplaatje en ook nog voorzien van blokken op de trappers voor een hele lange periode. Ik was gewend aan delen en aanpassen. En hoewel ik ’s ochtends vroeg van huis vertrok met een stapeltje boterhammen onder mijn arm en verpakt in de krant van de dag van gisteren en ik pas weer smiddags thuiskwam om te eten, was er geen mobieltje voorhanden geweest om mij te traceren. Niemand wist waar ik was, ik was veilig dacht men, ik was toch op school, of ik was altijd samen toch met vrienden.

Het boerenland was mijn speeltuin, ik had geen verboden terrein weid en zijd. De spoordijk achter ons huis in het boerenland waarover een goederentrein toen nog reed, daar werd vaak als het riet langs de dijk was uitgegroeid en dor werd door mij dan aangestoken als een kwajongensstreek. Ik deed dat zonder bij na te denken en het was geen kwade gedachten, maar ik deed het omdat ik het spannend vond denk ik. Als het vuur niet meer was te doven door mij dan liep ik gauw weg om niet door oom agent te worden ingerekend als men de brand ontdekte.

In de brandkuil die aan het pad grensde en langs de karresporen was gegraven op een plek die ook hier voor de spoordijk lag en bedoeld was om een brand te bestrijden omdat hier altijd water in stond als buffer voor de brandweer voor een eventuele brand van een achteraf in het gebied gelegen boerderij, daar zwommen ook stekelbaarsjes in rond. Deze visjes werden door mij gevangen met een provisorisch gefabriceerde hengel door middel van een stok en wat naaigaren uit de naaidoos van mijn moeder en de draad werd dan aan de stok op de top vastgeknoopt. Onderaan de draad knoopte ik dan een stukje worm. Hierin waren de kleine visjes smakelijk geïnteresseerd en voor mij was het spannend om ze te vangen.

Ook moest ik in datzelfde boerengebied vaak van mijn vader graszoden steken langs de slootkant of langs karrensporen. Dit was voor de kippen in onze kippenren. Onze kippen konden smakelijk in deze graszoden pikken en krabben en zoeken naar wormen en dat kwam onze eieren gelegd door onze kippen ten goede. Ik vond de eieren vroeger lekkerder uit onze eigen kippenren toen, de eieren van tegenwoordig uit de supermarkt smaken anders omdat de opgehokte kippen ander voer krijgen.

Mijn maaltijden waren eenvoudig maar wel voedzaam. Brood met schrale boter, pannenkoeken met spek, en toch werden we niet dik. Ik deelde dezelfde fles met mijn vrienden, zonder angst voor ziektes. En als ik mij gesneden had of ik had een verstuiking, dan was dat gewoon een deel van mijn leven. Niemand sleepte elkaar voor de rechter, ik accepteerden dat ongelukken gebeurden en dat er soms ook consequenties aan verbonden waren.

Speelgoed was een luxe die mijn ouders niet konden veroorloven, dus maakten zij het zelf. Met een stok sloeg ik naar en tegen ballen. Die bal maakte ik door krantenpapier te kneden tot een bal en dan omwikkelde met reepjes elastiek en kruislings over elkaar aan te brengen. Ik had deze elastiekreepjes van 1 cm breed geknipt van een oude fietsbinnenband. Knikkers maakten we van klei of verdienden we glazen knikkers door ze te winnen van een ander. Op school zaten ook minderbegaafde kinderen, en niemand maakte daar een punt van. We hielpen elkaar en accepteerden elkaar zoals we waren.

Mijn ouders waren streng maar rechtvaardig. Een draai om mijn oren was een effectieve manier om mij bij te sturen, en ik wist dat mijn daden consequenties hadden. Ik was verantwoordelijk voor mijn acties, en daar leerden ik mee om te gaan. Wij als jeugd vochten weleens onder elkaar en sloegen elkaar soms bont en blauw, en altijd zonder een volwassenen die zich er druk over maakten.

Een doosje met meikevers werd mee naar school genomen en eieren werden uit vogelnesten gehaald om te koken in een oud stroopblik. Ik schraapte de kopjes van lucifers af op de rand van een oude of gebruikte open huissleutel en met een spijker er in aan een touwtje sloeg ik deze af tegen de muur. Dat knalde dan behoorlijk en dat vond ik leuk. Ik maakte een proppenschieter van vlierhout en tak uit de natuur met proppen als munitie en daar gebruikte ik elzenproppen voor die aan takken van de Elzestruik groeide in het voorjaar. Ik raapte weggeworpen sigarettenpeuken van een ander op en stelde deze weer samen als was het een hele en stiekem rookte ik die tot ik flink misselijk werd.

Ik klusje op zaterdag bij als hulp bij de groenteboer en de bakker. Allemaal om mij bezig te houden in een tijd zonder een behoorlijke radio om naar te luisteren, de tv of smartphone was nog niet in beeld. Ik had een klappertjespistool en aan de zijkant van dat klappertjespistool deed ik een rolletje klappertjes om het asje heen, dit rolletje klappertjes was te koop in elke speelgoedzaak als speelgoedonderdeel, ik schoof het klepje dan dicht van het pistool en knallen maar. Nu toch even ondenkbaar dat je met dit klapperpistooltje nog op straat rondloopt. Je zou nu omsingeld worden door een legertje agenten met een getrokken wapen en een taser in de aanslag. Zo kan de tijd en de wereld snel veranderen.

Wij gingen lopend naar school, ook in de winter, zonder te klagen. Mijn ouders stonden achter de politie, en mijn daden hadden consequenties. Er was geen ontsnappen aan verantwoordelijkheid. Mijn ouders zette op zaterdagmiddag de stalen gegalvaniseerde badkuip van twee meter in de keuken en vulde deze met warm water en zeep en daar gingen we dan in, een voor een of met twee tegelijk.

Dat waren pas tijden van vrijheid, van leren omgaan met elkaar en met mislukkingen en successen leren leven, van verantwoordelijkheid nemen voor de gevolgen van mijn keuzes. De jeugd van mijn generatie heeft mensen voortgebracht die problemen kunnen oplossen, innovatief zijn en die risico’s durven te nemen. Het was een tijd waarin het leven ‘heel gewoon‘ was, maar de herinneringen zijn allesbehalve gewoon voor die ander nu. Het is wel zo dat het verleden het heden gekleurd heeft*JGJCVA03022024*zoalshetvroegerwas*

“Rumoerig Europa”

Rumoerig Europa, een continent doordrenkt van uitdagingen en problemen, en of je nu kijkt naar Nederland, België, Duitsland of ook naar Frankrijk, zelfs in Griekenland kijken de boeren met een schuin oog mee. Overal zijn er problemen met de openbare orde. Waarom toch vraag ik mij dan af, is praten met elkaar dan een onmogelijke zaak gebleken? Maar kijk naar Duitsland en de Bondsdag en zie hoe dit land een crisis van ja welste ondergaat met zijn tegenpartij AFD. Een politieke partij die dwarsligt en is opgericht sinds 2013 en tegen alles van de regering van Bundeskanzler Schols ingaat en hoe het land met deze politiek van de AFD steeds vaker elkaar proberen te beschadigen. Het is te gek voor woorden. Burgers in Duitsland gaan verdorie al weken massaal de straat op en elk weekend opnieuw met vele duizenden tegelijk en zij protesteren tegen de politiek van deze AFD. Het gekke van dit alles is, men ziet schijnbaar niet hoe de bevolking massaal spreekt door steeds opnieuw te gaan demonstreren en te reageren over deze partij in de bondsdag en daarbuiten.

Steeds vaker hoor je dat de regels die door regeringen en Brussel worden opgesteld, niet langer worden getolereerd. Er zijn steeds meer regeltjes zegt men en het zijn er erg veel. Of je nu kijkt naar het grote Europa, waar regeringsleiders bijeenkomen nu in Brussel om te praten over de financiën die men wil uitgeven aan Oekraïne om de oorlog die er woedt tussen Oekraïne en Rusland te beëindigen, er komt altijd een angel die zich vastzet in iemands onderlip. Altijd is er wel iets anders te melden waardoor de oorspronkelijke doelstellingen van Brussel onderuit worden gehaald. Nu zijn het de boeren die elkaar steunen in het gehele Europa en wegen blokkeren, dan weer is het ‘t treinverkeer dat aan de beurt is in Duitsland, ook de milieuorganisaties laten regelmatig van zich horen door op de A12 te gaan zitten en toegangswegen te blokkeren, dan het weer met sneeuw en ijzel wat parten speelt en reizigers in de kou laat staan.

Zo zijn er steeds andere verschillen van mening en worden de meningen alleen maar uitgebreider, groter, meer en meer en heftiger voor het lamplicht gebracht. Ga er maar aanstaan als regering en probeer het iedereen maar naar zijn zin te maken, dat is en wordt steeds moeilijker. We weten immers alles van elkaar door het WWW. Door Google enz.

Het drugsbeleid dit is ook een onderwerp dat grote impact heeft op de wereld en samenleving want de een wil legaliseren de ander wil het niet en steeds moeten er compromissen worden gevonden. Het wordt door ieders tegenzin toch doorgevoerd en dat geeft weer veel overlast. De hele drugsmaffia lacht ons hartelijk uit en zij worden alleen maar sterker en gaan voortvarend door met of zonder de wetgever te vragen.

Kijk ook om je heen en luister tegelijkertijd naar journalisten die alle andersdenkende mensen helpen om juist uiteen te zetten waar Europa het verkeerd doet. Ze strooien allemaal zaken in het rond waar mister Poetin en andere kwaaddenkende profijt uittrekken en hun oorlog uitbreiden door onze houding. Door oorlogen te analyseren en ze te presenteren op tv en op de radio, maar ook op de sociale media aan de buitenwereld te tonen en daarmee bijna alles openbaar maakt aan de meekijkende en meeluisterende ambassades van die landen is helemaal verkeerd. Steeds onthullen journalisten en betweters op de tv, de radio of in de krant en tijdschrift wat de landen specifiek en onder elkaar aan het doen zijn en het een en ander met elkaar aan het bespreken zijn, zelfs uiteenzetten bijvoorbeeld over de snelheid hoe de oorlog vordert in Oekraïne en Israël, en hoe hoog het geldbedrag is dat nodig is om de oorlog vooruit te helpen. We kunnen net zo goed een brief sturen aan Mister Poetin en hem vertellen wat we allemaal aan het doen zijn zodat hij makkelijker met ons rekening kan houden. Nee mensen we zijn helemaal verkeerd bezig door ons zelf steeds in de etalage te zetten en ons zo steeds te presenteren waardoor die ander rekening kan houden met ons want dat is veel en veel gemakkelijker.

Mister Poetin constateert steeds opnieuw onvrede in de Europese gemeenschap en dat komt hem goed van pas. Nu ook weer vertellen we uitgebreid op de TV dat President Zelensky problemen heeft met zijn hoogste Generaal in de Oorlog, dit is toch alleen maar koren op de molen van mister Poetin, hij lacht zich kapot achter zijn glaasje Aslanov.

We nodigen specialisten uit aan praattafels, zij die alles over oorlogsvoeren weten of ook economen die alles over geld weten en doen alsof het geld dan niet meer rolt. Maar de geldstroom en de oorlogsmachinerie zoals ammunitie en rollend en vliegend materieel komen maar niet van de grond omdat President Orban van Hongarije steeds dwarsligt omdat hij hoogstwaarschijnlijk met een schuinoog naar Mister Poetin kijkt. Misschien verwacht hij van hem een beloning in het leven hierna, wie zal het weten. Vandaag 01-02-2024, heeft hij plots ingestemd met het voorgestelde geldbedrag aan Oekraïne, hoe is het mogelijk en ziet hij misschien dat mister Poetin als persoon in het Kremlin aan het verzwakken is? Ergens snap ik de bewoners niet van Hongarije want als het gaat in Nederland over Geert Wilders zijn PVV en zijn politieke denken, dan staat iedereen in Europa op zijn achterste en verwacht men niet veel goeds op voorhand en Hongarije een land in het Europa heeft en mag wel steeds dwarsliggen?

Dan zijn er weer de boeren uit deze eerdergenoemde landen, die nu in Brussel de toegangswegen blokkeren met tractoren en ook door het deponeren van vuil en alles wat denkbaar is op straat gooien, waardoor de burger veel hinder zal ondervinden. Altijd zal dat veel ongenoegen veroorzaken en uiteindelijk ook wellicht zelfs een opstand, misschien zelfs een oorlog als Rusland met het geld van Europa dat naar Oekraïne gaat niet klein te krijgen is. Je kunt van alles bedenken, maar ergens is het allemaal verkeerd. Burgers luisteren niet meer.

Kijk naar wat er gisteren gebeurde met de Pakistaanse familie in Rotterdam, waarvan een familielid onder het puin van de ingestorte garagebox ligt door een brand veroorzaakt vanwege een enorme ontploffing of door een andere oorzaak want dat weet men nog niet. Wat iedereen moet weten, is dat de karakters en gewoonten van mensen uit andere landen ook andere gewoonten hebben, en daarmee moeten we om leren gaan. Deze gewoonten stroken niet altijd met de onze, maar we moeten er wel mee dealen in het Nederland van nu. De politiek lijkt steeds niet te beseffen dat een land verandert door te veel verschillende nationaliteiten binnen de landsgrenzen te brengen. Door deze toelating zijn we straks een land met burgers waarvan de nationaliteit niet meer per se Nederlands is. Maar wat is dan eigenlijk Nederlands? Als u het weet, vertel het mij dan want dan kan ik het opschrijven. *JGJCVA01022024*RumoerigEuropa*

De adoptie van een Joods kind onder de oorlog 40-45.

Beste luisteraar/lezer, Weert 05-12-2023

Laat mij je meenemen naar een tijd lang geleden, een tijd doordrenkt van oorlog en menselijke moed. In de jaren 1940-1945, tijdens de Tweede Wereldoorlog, speelden zich in Veghel bijzondere gebeurtenissen af dat het leven van twee families voorgoed zal veranderen.

In die dagen, toen de oorlog nog in alle hevigheid woedde, leefden de schoonouders van mij, de Heer en Mevrouw Braat van der Westen, in Veghel. Ze hadden een Café/Restaurant waar ze samen met hun gasten genoten van het leven, ondanks de dreiging van oorlog die overal voelbaar was en de NSB die hen kon verraden woonde om de hoek. Na vijftien jaar kinderloosheid, kregen ze de kans om een Joods kind van slechts vier dagen oud een veilig onderkomen te bieden. Een kind dat Leontine Ellen de Vries zou heten.

De oorlog raasde om hen heen, maar ze waren zich niet volledig bewust van de gevaren die hen omringden. Het ondergrondse verzet vroeg hen om dit kostbare leven te beschermen, en zonder aarzelen stemden ze toe. Wat volgde was een periode van elf maanden waarin Leontine, het Joodse kind, deel uitmaakte van hun gezin. Een gezin dat, ondanks de donkere wolken van oorlog, een lichtpuntje vond in de zorg voor dit kleine leven.

Echter, na deze 11 maanden van liefdevolle zorg sloeg het noodlot toe. Leontine werd herenigd met haar biologische moeder in Amsterdam, maar dit verdriet om Leontine te moeten missen werd extra overschaduwd door het verdriet van de ziekte van mijn schoonmoeder, de moeder van mijn vrouw. Mijn schoonmoeder kreeg borstkanker en enkele maanden na het vertrek van Leontine, het pleegkind, overleed zij. Mijn schoonvader en zijn inmiddels eigen dochtertje Tonny van 4 jaar gingen hun weg, maar de herinneringen en brieven bleven achter.

Veel jaren later, na mijn huwelijk in 1967 met Tonny, de dochter van de pleegouders van Leontine, begon ik met de zoektocht naar Leontine en haar nakomelingen. Na vele jaren van speurwerk werden de kinderen van Leontine gevonden, nu volwassenen met hun eigen leven. Leontine de moeder van de 2 kinderen was inmiddels al overleden aan longkanker gelijk ook Willy de Vries en moeder van Leontine.

Echter, de ontmoeting in 2018 bij ons thuis in Weert verliep anders dan door ons gehoopt. De kinderen, nu in de vijftig, toonden toen en daarna weinig interesse in de erfenis van hun voorouders. Geen dankbaarheid later voor de geschonken brieven en foto’s. Een teleurstelling voor mijn vrouw en mij, wij hadden gehoopt op een band te smeden die gebaseerd is op gedeelde geschiedenis en menselijkheid.

Nu, zoveel jaren en maanden later na deze ontmoeting in 2018, hebben mijn vrouw en ik niets meer vernomen van de kinderen van Leontine tot nu op een moment in december 2023 en om precies te zijn op 06 dec om ongeveer 5 min voor 12:00 uur.

Judith de dochter van Leontine belde mij op en vertelde geëmotioneerd haar verhaal dat zij flink in de problemen had gezeten en verontschuldigde zich voor haar nalatigheid omdat wij niets meer van haar en haar broer hadden gehoord. Zij vertelde ook dat zij door het Yadvashem in Israël was benaderd en had gehoord van ons verzoek bij het Yadvashem en om deze redenen had zij weer het initiatief kunnen nemen om ons op te bellen. Zij had ook het verzoek gekregen van het Yadvashem in Israël om over de adoptieouders van haar moeder te vertellen en of zij naar aanleiding van het hele onderduikverhaal kon oordelen voor de familie Braat in Veghel.

Ik begrijp dus dat ook de kinderen van Leontine zijn gevraagd een oordeel te geven naar datgene wat zij weten. Ook zij kunnen een bijdragen leveren om onze ouders voor te dragen voor een eervolle waardering voor de heldendaad voor het opvangen tijdens de oorlog 40-45 van de baby Leontine Ellen de Vries, hun moeder. Ook Willy de Vries de moeder weer van Leontine en ook de oma van Leontine werden later bij dit verhaal betrokken en ook zij logeerde vaker na de oorlog bij de familie Braat in Veghel en werden daar goed verzorgt in dat laatste jaar van en na de oorlog. Maar er kwam een ongrijpbare storing in de relatie en ook net zo plotseling als dat de baby Leontine gekomen was in de oorlog, was moeder Willy de Vries met Leontine vertrokken uit Veghel en lieten bedroefde pleegouders achter in Veghel.

De waardevolle en originele brieven en foto’s, die zoveel betekenden voor ons, leken verloren te zijn gegaan. De zoektocht naar medeleven en begrip toen leek tevergeefs te zijn geweest. Na enige tijd na 2018 heb ik gedacht om dit verzoek van eer dus voor te leggen bij het Yadvashem in Israël en heb daarvoor het hele archief van Leontine Ellen de Vries opgestuurd per e-mail. Nadat de bevestiging kwam dat e.e.a. goed was aangekomen in het Yadvashem in Israël is het Yadvashem aan de slag gegaan met hun onderzoek.

Ik heb daardoor regelmatig contact met mevrouw Ruth Joaquin bij het Yadvashem werkzaam in Israël en zij en de rechterlijke macht hebben nu dus ook contact gezocht met Judith de dochter van Leontine Ellen de Vries. En zo is de bal weer rond en wachten wij af hoe nu het Yadvashem gaat reageren en oordelen. Er is nu een verschrikkelijke oorlog in Israël met Hamas aan de gang en hoe dit afloopt weten we niet. Of dit de afloop van het verzoek uiteindelijk goed doet is voor ons afwachten. In ieder geval komt Judith naar Weert op zondag 28 januari 2024 dit heb ik telefonisch afgesproken en zij zal dan aan ons haar uitgebreide verhaal doen. Als alles loopt zoals met Judith afgesproken is zij rond de middag bij ons.

Het verhaal dat begon in Veghel, in een tijd van de oorlog 40-45 met veel onzekerheid, leek een onvoltooide symfonie te worden waarin de noten van dankbaarheid en begrip ontbraken. Het riep bij ons vragen op over menselijke verbondenheid en de manier waarop we onze geschiedenis herdenken. Het is een lang verhaal geworden dat ons herinnert aan de complexiteit van menselijke relaties en de uitdagingen van het begrijpen van elkaars perspectieven, vooral als het gaat om gebeurtenissen die diepgeworteld zijn in de geschiedenis van oorlog en overleving.

De enige hoop die er nu nog is, is om erkenning te krijgen voor onze ouders en schoonouders door het Yadvashem in Israël en waar ook al onze gegevens van Leontine Ellen de Vries van deze adoptie door ons toedoen zijn en blijven opgeslagen.

Met vriendelijke groeten, hun schoonzoon, J.G.J.C. van Asperen.

Yad Vashem is in 1953 opgericht door het Israëlisch parlement. Het is een organisatie die slachtoffers van de Holocaust herdenkt.

Yad Vashem staat voor ‘Rechtvaardige der Volkeren’ en is tevens de naam voor de hoogste onderscheiding die de Israëlische regering aan niet-Joden toekent. Het is bedoeld voor mensen die vaak met gevaar voor eigen leven Joodse mensen hebben geholpen tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Dat kan zijn omdat iemand onderduikers heeft gehuisvest, identiteitsbewijzen heeft vervalst of stiekem meer bonkaarten heeft weten te regelen voor een huis met onderduikers”, zegt André Diepenbroek van de Israëlische ambassade tegen de regionale omroep.

Brief naar Mevrouw Ruth Joaquin, yadvashem i.v.m een Joodse Baby van 4 dagen oud die ondergebracht werd onder de Oorlog 40-45 bij onze ouders.

Op advies van mevrouw Natalie Shatashvili van de Israëlische Ambassade in Den Haag Nederland. 

  • Geachte mevrouw Ruth Joaquin, yadvashem.

Enige weken geleden hebben wij, mijn vrouw en ik, doormiddel van een brief contact gezocht met de Israëlische Ambassade in Nederland door het schrijven van onderstaande brief gedateerd 03-12-2020.

Naar aanleiding van de mededeling op de retour e-mail van haar op 16 december 2020 als antwoord op ons schrijven van mevrouw Natalie Shatashvili, cultural Affairs in Den Haag zou er een mogelijkheid zijn om met u contact te onderhouden naar aanleiding van de inhoud en het eerder schrijven van ons aan haar. Vandaar dit schrijven aan u.

U moet weten dat de brieven die geschreven zijn en de foto’s die er sporadisch gemaakt zijn in de oorlog 1940 – 1945 voor zich spreken.

Wij hebben naar onderstaand adres geschreven op 03-12-2020,

  • Aan de Israëlische Ambassade,
  • Ambassadeur van heer Naor Gilon,
  • Johan de Wittlaan 5,
  • 2517 JR Den Haag
  • Nederland

Weert: 03-12-2020

Betreft: een Joodse baby van 4 dagen oud die als onderduiker in de oorlog ’40-‘45, bij onze ouders werd ondergebracht.

  • Mijne Dames en Heren van de Israëlische Ambassade,

Een ondergedoken Joodse Baby bij de Familie Braat in Veghel Noord-Brabant. Dit verhaal willen wij u niet onthouden en vragen enig respect voor hetgeen onze ouders hebben gepresteerd en hebben meegemaakt tijdens de Oorlog ’40-’45.

Wij, mijn vrouw en ik hebben heel veel stappen moeten zetten en ook ondernomen in de achter ons liggende jaren om brieven die waren geschreven onder de tweede wereldoorlog door een joodse moeder vanuit het oorlogsgebied in Nederland aan onze ouders in verband met de belevenissen van de baby Leontine die bij onze ouders was ondergebracht. Deze brieven wilde wij terugbezorgen aan de nabestaande van deze baby. Dat heeft zeer veel moeite gekost om nabestaande te vinden en hiervoor ook te interesseren. Later bleek dat wij dat beter niet hadden kunnen doen. Misschien sprak ons hart te ruimhartig een verwachting uit, maar wat wij later hebben moeten betreuren.

Wij hadden deze 40 stuks brieven steeds nog bewaard en maken deel uit van ons overzicht van de tweede wereldoorlog in een boek dat wij hebben gemaakt over de baby Leontine Ellen de Vries, het Joodse kind dat vier dagen oud was toen het meisje bij de familie Braat arriveerde op 11-08-1944. Zo simpelweg bezorgd bij onze ouders alsof het kind met de post werd verstuurd.

  • Ik heb ons boek getiteld, “een adoptie om nooit meer te vergeten”.  Hierin zijn deze brieven van de Joodse moeder van de baby uit de laatste maanden van de oorlog weergegeven en is de tekst door ons aangevuld van hetgeen wij als overlevering daarbij hebben gehoord en hebben opgetekend.

Ik wil u het volgende vermelden over hetgeen onze ouders meemaakte tijdens en na deze adoptie van het Joodse kind Leontine Ellen de Vries uit het Sarphatipark in Amsterdam. Leontine werd geboren uit een ongehuwde Joodse moeder, zonder bekende vader en zij woonde in het Sarphatipark in Amsterdam.

Het is alweer meer dan 75 jaar geleden en wij gaan terug in onze gedachte naar deze risicovolle en hachelijke onderneming om in de Oorlog van 1940-1945 mensen van Joodse afkomst een onderdak te verschaffen. Maar plotseling werd een Joodse baby in de schoot van onze ouders geworpen en wel de schoot van de Heer en Mevrouw Braat van der Westen in Veghel. Het was een baby van maar vier dagen oud en dat vanuit Oorlogsgebied Amsterdam en wonende in het Sarphatipark een onderdak door onze ouders werd aangeboden. Zij waren zelf na 15 jaar getrouwd te zijn nog steeds kinderloos, hadden een Hotel/Café/Restaurant in Veghel aan de haven in het centrum van Veghel, waarin zij met hun bezoekers en klanten in hun zaak, hun tijd konden vervolmaken en zij hadden verder een gelukkig bestaan. Omdat zij als echtpaar kinderloos bleven en de moeder van mijn vrouw toch een behoefte koesterde om zelf een kind groot te brengen, beslisten zij zonder hierover na te denken spontaan. Wat de consequenties zouden kunnen zijn als zij de baby zouden opnemen en omdat de baby door de NSB ontdekt zou kunnen worden, stonden zij in eerste instantie niet zo bij stil. De behoefte om te helpen en dit kind groot te brengen stond bij hun voorop.

Dit kind kwam op een vraag van het ondergronds verzet en met name door het ondergrondsverzet waarin een Eerwaarde Pater Verhoeven mee in het verzet zat. Hij, deze Pater Verhoeven stond plots ‘s morgens vroeg bij hen op de stoep en nog wel toen onze ouders aan het ontbijt zaten voordat de zaak openging en hij stelde simpel deze vraag aan onze ouders, “wilt u een Joods kind onderdak geven”. Niet beseffende dat het nog oorlog was accepteerde onze ouders uit naastenliefde deze vraag. Er werd rondom Veghel nog hevig gevochten, de Duitsers waren nog volop actief en zo ook het NSB-team die nog steeds mensen verlinkte en oppakte enz.

Hoeveel Joodse mensen, Nederlandse burgers nota bene, zijn in de laatste dagen van de oorlog nog naar de kampen getransporteerd? De oorlog die in Brabant op dat moment nog hevig was en er nog steeds werd uitgevochten op de weg en de omgeving vanuit Eindhoven en Veghel, Uden, Grave, Nijmegen naar Arnhem en misschien een brug te ver was, zeiden onze ouders toch ja op deze vraag van de Eerwaarde Pater Verhoeven. Een beetje naïef van onze ouders achteraf als je beseft wat er was gebeurd als het kind bij hen ontdekt was.

De moeder van mijn vrouw wist op dat moment nog niet, zo was dat vroeger denken wij, dat zij toch na 15 jaar plots toch in verwachting was geraakt van haar eigen kind, dus van mijn vrouw op het moment dat de vraag kwam. Het is bij een kind krijgen gebleven. Hierbij hadden zij plots twee kinderen op te voeden. Beide kinderen, mijn vrouw Tonny en Leontine, het Joodse kind, hebben wel nog met elkaar gespeelt in Veghel totdat Leontine, het Joodse kind, bij onze ouders voorgoed werd weggehaald. Hierna hebben zij nooit meer enig bericht of teken van dit opgroeiende kind gekregen. Hieruit werd toch geen dankbaarheid betoond? Onze ouders hebben hier flink de pijn van gevoeld.

Aan al deze maanden van het onderduiken van een Joods kind (baby Leontine) hebben onze ouders nare ervaringen overgehouden toen het kind zo plotseling na 11 maanden vertrok naar haar eigen moeder Mevrouw Willy de Vries in het Sarphatipark in Amsterdam. De moeder van mijn vrouw heeft borstkanker gekregen en is enige maanden later toen het Joodse kind Leontine al een poos daarvoor naar Amsterdam was vertrokken, overleden in 1949. Onze ouders zijn inmiddels allang beide overleden.

De brieven die de Joodse moeder schreef op de momenten dat dit kon, een aantal ook direct na de bevrijding van Brabant en dan door het ondergronds verzet werden bezorgt vanuit oorlogsgebied Amsterdam, hebben wij allemaal bewaart. Uiteindelijk hebben wij zo’n 40 stuks met de handgeschreven brieven en diverse briefkaarten op allerlei momenten geschreven op oorlogspapier in ons bezit.

Nadat wij op 9 september 1967 zelf getrouwd waren zijn wij na enige tijd weer op zoektocht gegaan naar deze Joodse mensen waarbij de moeder dus een kind had met de naam Leontine-Ellen en die dus was ondergebracht bij onze ouders deze 11 maanden lang. Leontine (de baby) op haar beurt heeft weer twee kinderen gekregen, een jongen en een meisje. Deze twee kinderen zijn inmiddels de 50 jaar gepasseerd. Na veel herhaaldelijk speurwerk door ons en het inroepen van diverse gemeenten in de randstad zijn wij deze twee kinderen op het spoor gekomen. Al eerder hadden wij tijdens ons speurwerk gehoord dat Mevrouw Willy de Vries, dus de oma van deze twee kinderen reeds was overleden. Wij hoorden dit van het Fodormuseum in Amsterdam alwaar zij 25 jaar directrice was geweest. Hun moeder dus het pleegkind en baby Leontine Ellen is ook al overleden toen zij 50 jaar was en beide vrouwen (moeder en kind) zijn aan longkanker gestorven.

  • Deze oorkonde is alles wat onze ouders als een herinnering overhielden van hun heldendaad?

De zoon van Leontine (van het pleegkind), hadden wij al eerder opgespoord maar hij had na een vraag van ons toen geen interesse om ons verhaal te aanhoren, en had ook geen interesse in de 40 stuks met de handgeschreven brieven en diverse kaarten van hun oma en ook geen interesse in de foto’s. Wij vonden dit verschrikkelijk, maar konden dat niet veranderen. Weer hebben wij deze brieven laten rusten in ons archief. Dit speurwerk hebben wij herhaaldelijk herhaald en omdat wij met deze 40 stuks brieven die belangrijker waren voor de nalatenschap van degene die deze brieven schreef, bleven wij met deze brieven en foto’s in ons archief zitten. Deze brieven van meerdere kantjes groot en diverse foto’s waren opgeslagen bij ons maar wij wilde niet dat nadat wij zijn overleden deze brieven en foto’s bij het oud vuil zullen belanden of zouden worden versnipperd door onze erfgenamen. Wij gingen steeds maar weer opzoek naar deze nabestaanden van dit Joodse kind Leontine uit het Sarphatipark in Amsterdam.

Na weer enkele jaren hebben wij deze brieven en foto’s dus maar weer ter hand genomen. Wij hebben deze allemaal overgetypt zodat wij, als we deze mensen zouden kunnen vinden en als zij dan ook werkelijk interesse tonen, dan hadden wij toch als herinnering het verhaal nog op papier met minder waarde danwel maar toch…?

Hieruit zijn toch deze twee kinderen door toedoen van onze ouders geboren en hebben toch daardoor hun menselijke bestaan kunnen opbouwen dat begon vanuit oorlogsgebied Veghel bij de familie Braat van der Westen en geboren uit deze 4 dagen oude baby.

Maar het liep anders dan dat wij verwacht hadden. Toen wij deze twee mensen hadden opgespoord en enige interesse speurde, hebben we hen bij ons thuis in Weert uitgenodigd en bij een kopje koffie en Weertervlaai is het gemakkelijker praten ook over het verleden waarvan wij zoveel meer wisten uit de overlevering van onze ouders en dat graag aan hen wilde overbrengen.

Op zaterdag 24 november 2018 was de samenkomst en wij stellen even voor, de man was een flinke uit de kluiten gewassen knaap van ruim 51 jaar en de vrouw was ook niet al te slank en ruim 50 jaar. Voor mijn vrouw geen bloemetje als een welkomgeschenk zoals dat hoort als je voor de eerste keer en zeker in deze gebeurtenis bij iemand op visite gaat, helemaal niets brachten zij bij hun bezoek aan ons mee. Wij vinden het ook niet noodzakelijk, maar wel vreemd.

Heb je dan al deze moeite voor niets gedaan dachten wij al. De man was directeur van een behoorlijk steigerbouwbedrijf en de vrouw was werkzaam in een gegoede baan bij de technische universiteit Delft. Wij denken toch dat zij wel wisten hoe het leven in elkaar steekt, heeft ons later toch anders doen denken. Wij hebben deze 40 brieven van meerdere kantjes en foto’s aan hun overhandigd, keurig ingebonden met een door ons geschreven verhaal erbij dat verteld aan hen hoe het gegaan is bij de adoptie van hun moeder (de baby) en zij beloven aan ons om in de nalatenschap van hun moeder te kijken of hier nog herinneringen aanwezig zijn die ook voor ons nog van belang kunnen zijn en fijn ook is om te weten omdat natuurlijk onze ouders betreft.

De dochter maakt van de Oorkonde die bij ons bij de voordeur in de hal hangt nog een foto (bijgevoegd in deze tekst) en na twee uur bij ons geweest te zijn, vertrekken zij weer met de gedane belofte naar huis om in de herinneringsdoos van hun overleden moeder te kijken. Zij zouden kijken of er misschien ook zaken in de doos zitten die reacties waren op deze brieven en die ook misschien door de moeder van mijn vrouw zijn teruggeschreven. Deze retourbrieven hebben wij nooit gezien en er ook nooit iets over gehoord. Dus we weten niet of er überhaupt retourbrieven zijn geschreven vanuit Veghel.

Zij hebben ons totaal niets meer laten horen, niet van het bezoek aan ons op 24 november 2018 en niet over de nalatenschap van hun moeder Leontine.

De moeder van mijn vrouw was immers te vroeg en veel te jong gestorven en is er daarom door onze vader ook nooit meer of heel sporadisch over deze adoptie gesproken met ons. Als wij er over probeerde te praten, dan was dat zeer beperkt een antwoord op. Wij waren tenslotte in onze loopbaan met andere dingen bezig toch. Onze vader was als een gesloten boek en heeft hij veel verdriet moeten verwerken omdat zijn vrouw veel te jong stierf en ook deze adoptie anders is aflopen dan dat hij had gewenst.

Na dit weggaan van deze kinderen van Leontine bij ons op 24 november 2018 en dat is nu ruim 2 jaar geleden, hebben wij nooit meer iets vernomen van deze twee mensen en zijn wij wel onze originele 40 stuks met de handgeschreven brieven en foto’s kwijt die ons zo dierbaar waren. Om deze nalatenschap zo af te sluiten was niet onze bedoeling omdat wij juist mensen blij hadden willen maken. Niets van dit alles is waar gebleken.

Is dit karakter tonen omdat zij door intellect geen fatsoen hebben meegekregen, zijn dit manieren die niet passen in dit soort aangelegenheden en zetten zij de Joodse mentaliteiten hiermee op het spel?

Wij weten het niet, hier is geen dankbaarheid betracht naar ons en zeker hebben dit onze overleden ouders die een Joods kind van 4 dagen oud voor haar bestwil en ook voor de veiligheid van hun oma en familie een onderdak verschafte en waarbij onze ouders hun leven op het spel zette. Onze ouders hebben tijdens de oorlogsjaren veel goederen die de familie van de baby tekortkwamen in Amsterdam verstuurt via het ondergrondsverzet naar Amsterdam. Wat wij zeer betreuren is dat hierin helemaal aan voorbij wordt gegaan en de dankbaarheid ver te zoeken is? Wij zoeken geen gewin of dankbaarheid als een goedmaking of zoiets dergelijks. Wij hadden verwacht dat zij na het lezen van deze 40 brieven en het opnieuw bekijken van de foto’s en het bezoek aan ons op 24 november er een briefje was gestuurd of telefoontje was gepleegd om ons te bedanken voor de moeite en het ontvangst e.d. Maar niets van dit alles en dan valt dat ons enorm tegen. Om deze reden willen wij u vertellen hoe wij als gegoede burgers op leeftijd aanlopen tegen deze mentaliteit die onze genoegdoening hierin flink schaadt.

U zult begrijpen dat wij dankbaar zijn dat onze ouders deze stap hebben willen zetten om een mens een kans te geven om haar bestaan op een veilige manier op te kunnen bouwen. Als wij dan boeken lezen over de oorlogsjaren van de Eerwaarde heer Theo Verhoeven dan vinden wij het heel jammer dat wij de geschiedenis van pater Theo Verhoeven niet eerder hebben gekend. Hadden wij dit verhaal eerder gekend dan hadden wij nog juist op tijd contact kunnen hebben met de Eerwaarde pater Theo Verhoeven en nog meer geweten over onze ouders die met gevaar voor eigen leven dit Joodse Kind van 4 dagen in huis namen. Wij hadden dan via hem, kunnen proberen al was het postuum enige aandacht voor onze ouders kunnen oproepen.

Onze vader vertelde niets over de oorlog en ook niet over de adoptie van het Joodse kind en wij denken dat hij veel verdriet hieromtrent heeft gehad. Ten eerste het afgeven van dit Joodse kind na 11 maanden op een vervelende manier en dan vlak daarna het veel te vroeg sterven van zijn vrouw 42 jaar oud.

Mijn schoonvader functioneerde ook als hulp in de ondergrondse beweging en via zijn Hotel/Café/Restaurant kwamen er ook veel Duitsers tijdens de oorlog over de vloer bij hem en door contacten met de CHV Boerenbond, een meel en graan fabriek en bij deze graanfabriek het lossen van graan in de wachtende schepen in de Veghelse haven regelde hij vaak per telefoon het doorgeven van goed of slecht graan te storten in de schepen als de Duitsers elders waren en niet in zijn zaak hem konden afluisteren. Hij regelde dan dat er voor de bevolking goed graan in de ruimen van schepen werd gestort en slecht graan wat voor de Duitsers zelf bestemd was. Zo ging dat stiekem in Oorlogstijd, maar goed dat de Duitsers het nooit hebben geweten.

Wij vinden het erg jammer dat onze ouders niets mochten ontvangen als dankbaarheid in de vorm van iets symbolisch blijken tijdens hun leven dan alleen een eigengemaakt velletje papieren kopie van een oorkonde die door de pater zelf gemaakt waren en daarna als dankjewel van Pater Verhoeven hebben gekregen. Dat krijgen zij voor hun riskante onderneming om dit Joodse Kind onderdak te geven. Graag hadden wij tijdens het leven van mijn schoonvader hier meer aandacht aan gegeven en was hij misschien door instanties anders bedankt voor zijn goede werk.

Wij weten niet of u met deze gegevens wat kunt aanvangen. Wij willen ook laten weten dat wij dankbaar kennis gemaakt hebben met deze geschiedenis. Wij weten ons vele zaken die worden geschreven te herinneren door ons onderzoek en daarvoor zijn wij ook dankbaar.

Zoals het vroeger was, wordt nu door de tijd vergeten of denken wij nu veel meer nog aan hoe het vroeger eens temeer was nu we moeten leven in een coronapandemie? Als je alles van tevoren weet, dan is elke herinnering die uitkomt van groot belang.

Hoogachtend en met vriendelijke groeten: Tonny en Jan van Asperen-Braat

PS’ Wij zijn altijd bereid om nog meer gegevens zoals foto’s enzovoort voor te leggen als dit nodig is om nog meer duidelijkheid te bieden. *JGJCVA26052021*

Naar aanleiding van voorgaand bericht hebben wij naar aanleiding van een onzer herinneringen aan Yadvashem wederom contact gezocht met Yadvashem in ISRAEL. Hierop kwam onlangs onderstaand bericht van Mevrouw Ruth Joaquin retour.

Geachte heer en mevrouw van Asperen, Goedemorgen en hartelijk dank voor uw mail. Ik ben gisteren weer teruggekeerd op kantoor na zwangerschapsverlof. Mijn collega heeft in de tijd dat ik er niet was, gedeeltelijk voor mij waargenomen. Desondanks heb ik enorm veel werk in te halen en e-mails te beantwoorden. Daarom heb ik op dit moment nog geen tijd om uitgebreid inhoudelijk op het dossier Braat in te gaan. Het spijt me voor de lange wachttijd voor u beiden; dank u voor uw geduld. Ik zal zo snel mogelijk, zodra ik hiervoor gelegenheid heb, u op de hoogte stellen van de stand van zaken. Ondertussen hartelijke groeten en veel gezondheid gewenst. Ruth Joaquin.

From: JGJC van Asperen <van.asperen-braat@home.nl>
Sent: Wednesday, October 6, 2021 11:18 PM
To: חואקין רות‏ <ruth.joaquin@yadvashem.org.il>
Subject: Een Joodse baby van 4 dagen oud ’40 – ’45

Bestemd voor Mevrouw Ruth Joaquin, Yadvashem.

Weert Nederland: 06-10-2021,

Betreft: een Joodse baby van 4 dagen oud die als onderduiker in de oorlog ’40-‘45, bij onze ouders in Veghel werd ondergebracht.

Dag Mevrouw Ruth Joaquin, hebt U alle narigheid van de Coronapandemie ook net als wij een beetje goed kunnen doorlopen?

Enige tijd geleden en met de ons achterliggende periode vol van ergernis door het Coronavirus, schreef mijn vrouw en ik u een lange brief via en met medewerking van de Israëlische Ambassade in Den Haag Nederland. U hebt vervolgens aan ons een mail retour gestuurd en verteld alle briefing van onze zijde te hebben ontvangen.

Door allerlei problemen uwerzijds m.b.t. de hele Pandemie in Israël, maar ook in de gehele wereld en tot dat we met z’n allen een vaccinatie hebben gehad voor ieders veiligheid, kon U met uw staf niets ondernemen wat een onderzoek kon opstarten. Alles met betrekking tot deze case waarvoor wij aan u het nodige archiefmateriaal hebben toegezonden.

U zult begrijpen dat wij op dit moment en door de versoepelingen van de Covid-19, wij nu benieuwd zijn hoever u gekomen bent met het beloofde onderzoek. Wij hebben in spanning moeten wachten totdat het weer oktober 2021 zou zijn en dat ook U weer aanwezig was op uw adres.

U kunt zich herinneren dat wij bij U terecht zijn gekomen door bemiddeling en op advies van Mevrouw Natalie Shatashvili van de Israëlische Ambassade in Den Haag Nederland. 

Geachte mevrouw Ruth Joaquin, yadvashem, als u in de gelegenheid bent en kunt ons een antwoord geven hoever u bent gevorderd in uw onderzoek, dan zijn wij u zeer erkentelijk en dankbaar. Wijzelf beginnen ook al naar onze 80 jaren te kruipen en gezien deze leeftijd zijn wij nu erg gesteld op een bericht uwerzijds.
Hoogachtend en met een vriendelijke groet en blijf a.u.b. gezond.
Tonny en Jan van Asperen – Braat, Web: https://www.vanasperenbraatsupporting.nl
*
Geachte heer en mevrouw van Asperen,
Goedemorgen en hartelijk dank voor uw mail. Ik ben gisteren weer teruggekeerd op kantoor na …….. Mijn collega heeft in de tijd dat ik er niet was, gedeeltelijk voor mij waargenomen. Desondanks heb ik enorm veel werk in te halen en e-mails te beantwoorden. Daarom heb ik op dit moment nog geen tijd om uitgebreid inhoudelijk op het dossier Braat in te gaan. Het spijt me voor de lange wachttijd voor u beiden; dank u voor uw geduld. Ik zal zo snel mogelijk, zodra ik hiervoor gelegenheid heb, u op de hoogte stellen van de stand van zaken.
Ondertussen hartelijke groeten en veel gezondheid gewenst, Ruth Joaquin
*
Datum: 24-10-2021 10:08 (GMT+01:00)
Aan: JGJC van Asperen <van.asperen-braat@home.nl>
Onderwerp: FW: Een Joodse baby van 4 dagen oud ’40 – ’45

Goedemorgen mijnheer van mevrouw van Asperen,
Helaas hebben mijn pogingen extra documentatie voor het dossier te vinden niets opgeleverd. Daarom zal ik het dossier, met de inhoud zoals door u gepresenteerd, voorleggen aan de directeur van de afdeling Rechtvaardigen Onder de Volkeren, om te bezien of het dossier doorgegeven kan worden aan de Commissie. Ik zal u informeren of dit mogelijk is gebleken.
Met vriendelijke groeten, Ruth Joaquin 
*
Goedemorgen mevrouw Joaquin, hartelijk dank voor uw bericht van heden in eerste instantie. Wij zijn benieuwd en ook dankbaar als uw werk vruchtbaar zal zijn. Groetjes van Tonny en Jan van Asperen Weert, Holland.
*
Vandaag 27-10-2021, kwam dit bericht per e-mail bij ons binnen vanuit Israel. Goedemorgen mijnheer en mevrouw van Asperen, Ik heb het dossier weer bestudeerd en omdat verder onderzoek niets heeft opgeleverd, blijft de inhoud zoals deze door u is gepresenteerd. Het zal nog lange tijd duren voordat het dossier door de Commissie besproken zal kunnen worden; er is een lange wachtrij vanwege het grote aantal aanvragen. Meer dan een jaar wachttijd is geen uitzondering. Wanneer er een definitief besluit genomen zal zijn, zullen wij u hiervan schriftelijk op de hoogte stellen. Met vriendelijke groeten, Ruth Joaquin 
*

Weert: 21-01-2023, Op deze datum schreven wij naar Israel voor de laatste informatie. De volgende dag op 22 januari 2023 komt het retourbericht vanuit Israel terug in het volgende bericht.,

Dag mevrouw Ruth Joaquin, wij zijn alweer een hele tijd verder in de tijd aanbeland en onze leeftijd begint daardoor ook te vorderen. Het is alweer vele maanden geleden dat wij elkaar geschreven hebben. Wij zijn bezorgd en hopen dat wij en onze ouders niet vergeten worden in Israël. Wij hopen ook dat u wat opgeschoten bent om door de vele teksten te gaan en dat u ons verder nu in de tijd een positief bericht kunt geven over onze ouders zoals geschreven in alle mails en post die u van ons hebt gekregen.

Hoogachtend en een vriendelijke groet. Tonny en Jan van Asperen-Braat. 

22-01-2023, goedemorgen mijnheer en mevrouw van Asperen,

Dank u wel voor uw mail. Er is gelukkig geen reden tot bezorgdheid, het dossier is al besproken en wacht op goedkeuring van de beslissing van de Rechter. Ook dit kan vaak langere tijd duren, maar er zit zeker vooruitgang in het proces. Zodra er nieuws is, zullen wij u hiervan op de hoogte stellen.

Dank u voor uw vraag over onze baby… ze is inmiddels al een peuter aan het worden, in mei hoopt ze al twee jaar te zijn! De tijd vliegt. Het gaat gelukkig prima met haar. Krijgt aandacht genoeg van haar twee broers en haar zus.

Ik wens u een mooi en gezond 2023 toe. Wat het dossier betreft is er nog wat geduld nodig, maar de eindstreep komt langzaamaan in zicht.

Met vriendelijke groeten, Ruth Joaquin

*

Zusters Birgittinessen in het “Klooster Maria Hart” in de Maasstraat in Weert.

Zusters Birgittinessen in Weert al 175 jaar een klooster van rust in het centrum van Weert.

Bezoek de website

Kloostertuin van het klooster van de Birgittenessen Maria Hart in Weert.

Zusters Birgittinessen Weert Kloostergemeenschap

Gebedstijden: Maandag t/m zaterdag om: 06:15 uur Metten en Lauden, om: 07:45 uur H. Mis, om: 10:00 – 12:00 uur Eucharistische Aanbidding.

Dinsdag, donderdag, vrijdag om: 11:45 uur Middaggebed, om: 16:00 uur Rozenkrans en Vespers, om: 20:15 uur Completen.

Zondag om: 06:50 uur Lauden, om: 08:30 uur H. Mis, om: 10:00 – 11:30 uur Eucharistische Aanbidding, om: 11:30 uur Middaggebed, om: 16:00 uur Rozenkrans en Vespers, om: 20:15 uur Completen.

****

Geschiedenis van de Heilige Birgitta van Zweden en mede-patrones van Europa.

Birgitta van Zweden (1303-1373), mystica en heilig verklaard. Ze is de stichteres van de Birgittinessen en door de kerk uitgeroepen tot mede-patrones van Europa.

Wie het verhaal van Birgitta van Zweden leest, zal daarbij enkele hoofdkenmerken ontwaren. Aan de ene kant is deze mystica vooruitstrevend in haar mening over de kerk. Zo moeten er méér vrouwen dan mannen wonen in de kloosterorde die zij voor ogen heeft. Sterker: een vrouw moet er de leiding krijgen. Een risicovol standpunt, dat als ketters kon worden gezien. Naast deze vernieuwingsdrift is Birgitta onmetelijk streng voor zichzelf. Ondanks dat ze van adellijke afkomst is, gunt ze zichzelf geen luxe, weelde of overvloedige maaltijden. De Zweedse pijnigt zichzelf juist, om zich daarmee te vereenzelvigen met het lijden van Christus. Zo druppelt ze hete was op haar arm en weigert ze toe te geven aan de behoefte van haar lichaam door uiterst streng, soms zelfs met gevaar voor eigen leven, te vasten.

Eerste deel van haar leven: moeder en huisvrouw.

Birgitta Birgersdotter is een machtig vrouw. Ze heeft haar afkomst al mee: geboren in een adellijke familie in de Zweedse provincie Uppland. Haar ijzersterke karakter zal het verloop van haar leven bepalen, waarin ze opkomt voor de armen en veelvuldig strijdt tegen onrecht. Ze hekelt hebzucht, oorlogen en de carrièredrang van geestelijke leiders. Haar gedrag maakt haar geliefd bij een groot deel van de Zweedse bevolking. Armen beminnen haar, omdat zij voor hen zorgt. Rijken vereren haar, omdat ze van goede komaf is en begaafd is.

Het is niet haar plan om te trouwen en acht kinderen te krijgen. Liever was ze maagd gebleven. Wat seks betreft is ze namelijk behoorlijk streng: het is zondig. In een visioen hoort ze Jezus zeggen dat Johannes de Doper zo geliefd is bij hem, omdat Johannes geen enkele zaadlozing heeft gehad. Ook zou de gemeenschap zonder lust hebben plaatsgevonden, als Adam en Eva niet gezondigd hadden. Maar Birgitta wordt uitgehuwelijkt aan Ulf en dan kun je je daar als dertienjarige maar beter bij neerleggen. Hoewel het echtpaar de eerste twee jaar nog als broeder en zuster leeft, volgen er daarna acht kinderen. Vier dochters, vier zonen.

Ziekenbezoek in plaats van dansavonden 

Birgitta schijnt een voortreffelijke huisvrouw te zijn. Ze weet hoe je brood moet bakken, moet naaien en wassen. Ze onttrekt zich niet aan klussen die ook dienstbodes kunnen opknappen. Hoe liefdevol ze voor haar kinderen is, blijkt lastiger te concluderen. Er wordt zelfs beweerd dat Birgitta blij is als haar zoon Karl uiteindelijk overlijdt, aangezien hij een relatie heeft met Koningin Johanna die te lichtzinnig wordt bevonden in de ogen van de uiterst vrome Birgitta. Ook dwingt ze dochter Ingeborg mee te gaan naar Rome op het moment dat Ingeborg erg zwak is, waardoor ze onderweg sterft.

Naar leuke dansavonden worden haar kinderen niet meegenomen. Nee, in plaats daarvan mag het kroost mee op ziekenbezoek in het ziekenhuis dat ze zelf opricht met man Ulf. Zo kunnen de kinderen alvast zien hoe belangrijk het is om voor armen te zorgen. De liefde voor God is in het gezin van groot belang. Het echtpaar besteedt veel tijd aan intens gebed, het bestuderen van het Heilige Schrift en boetvaardigheid. Dochter Catharina zal later zelfs ook tot heilige worden uitgeroepen: moeders vleugels slaan zich wijd uit.

Geen lusten, wel lasten 

De mensen om haar heen staat ze van alles toe. Man Ulf mag bijvoorbeeld in een zacht bed genieten van zijn nachtrust. Zelf slaapt Birgitta liever op de grond, onder een berenvel zonder kussen. Ook loopt ze constant rond met een bitter kruid in haar mond, dat ze tevens inhoudt als ze gaat dineren. Dit weerhoudt haar ervan om smaakvol te eten. Nee, een levensgenieter is ze niet bepaald. Alle mogelijkheden lijkt ze aan te grijpen om het lijden van Christus voor zichzelf na te bootsen.

Haar waarden en normen brengt ze graag over als lerares. Zo gaat ze naar Stockholm toe om daar het koninklijk paar te onderwijzen. Koning Magnus kent haar nog van vroeger en waardeert haar vrome levensstijl. Maar het koningshuis barst van de luxe, weelde, drinkgelag en braspartijen. Het zijn uitspattingen waar Birgitta maar moeilijk tegen kan. Bovendien wordt ze hier geconfronteerd met de onrechtvaardigheid van belastingmaatregelen en afpersingen. De scheiding tussen arm en rijk valt haar zwaar, zij pleit voor eerlijke verdeling. Het is een kenmerk van het middeleeuwse christendom: het is een sociaal christendom.

Ondanks de moeilijkheden, volhardt de sociaal hervormster in haar queeste en blijft proberen om het koningshuis op het rechte pad te krijgen. Man Ulf is meegegaan, maar haar kinderen heeft ze moeten achterlaten. Deze worden opgevoed door opvoeders, of zijn ondergebracht in kloosters. Het is typerend voor Birgitta: haar eigen verlangens worden weggecijferd om de leer van het christendom te verspreiden.

Van weduwe naar een eigen klooster 

In 1341 maakt ze samen met haar man een pelgrimstocht naar Santiago de Compostella. Later zal blijken dat dit een symbolische afsluiting zal zijn van de eerste periode in haar leven, waarin ze fungeert als moeder en echtgenoot. Na de tocht trekt Ulf in bij de cisterciënzers. Drie jaar later komt hij te overlijden en blijft Birgitta op 41-jarige leeftijd achter als weduwe met acht kinderen. Ook zij trekt zich nu enige tijd terug in het Cisterciënzerklooster, waar het verlangen groeit om een nieuwe kloosterorde te stichten.

Haar wil is wet lijkt het wel, want de kloosterorde komt er en zal zich over heel Europa verspreiden, waaronder Nederland. De Orde van de Allerheiligste Verlosser wordt het genoemd, maar staat beter bekend als de Birgittinessen. De mannelijke tak ervan, de birgittijnen, sterft al snel uit.

Verheerlijking van Maria 

Hoewel het lijden van Jezus Christus een zeer voorname plaats inneemt in Brigitta’s leven, zien we in haar klooster ook een grote verheerlijking van Maria terug. Dit is bijvoorbeeld zichtbaar aan de regel dat de abdis aan het hoofd van zowel de mannen- als vrouwenafdeling wordt geplaatst. Ze besluit hiertoe omdat Christus bij zijn hemelvaart de leiding over de apostelen in handen van Maria had gelegd. Vrijwel alle kloosters van haar orde hebben de naam van Maria meegekregen en ook in de serie meditaties die in het klooster moeten worden voorgelezen, treedt Maria veelvuldig op de voorgrond.

Ondertussen creëert Brigitta met haar eigen regels ook nog eens haar eigen bouwstijl. Zo moet er een scheidingswand komen tussen twee conventen en ook zijn twee koren van elkaar gescheiden. Zo kunnen de zusters de godsdienstoefeningen volgen en horen zonder zelf gezien te worden. Haar architectonische visie bewijst weer hoe breed onderlegd Birgitta is en hoe nauwkeurig haar visioenen zijn. Christus laat haar namelijk precies weten hoe haar kloosterorde eruit dient te zien.

Op weg naar Rome 

Menig mens zou er op dit moment voor kiezen om in het moederland te blijven, te genieten van een eigen opgericht klooster. Niet Birgitta. Hoewel ze vaak met een kleed van haar eigen orde wordt voorgesteld op plaatjes, is dit slechts symbolisch. Zelf is ze nooit non geweest, ook niet in haar eigen klooster.

Haar wereld is groter en in 1349 – ze is dan 46 jaar oud – vertrekt ze naar Rome. De Italiaanse stad is op dat moment niet de rustige heilige plek zoals het de dag van vandaag is. Er heerst politieke onrust, verdeeldheid en sociaal verval. Birgitta wil er goedkeuring krijgen voor haar uitzonderlijke kloosterregels, ze wil politieke misstanden aan de kaak stellen, ze wil zondaars bekeren, boetedoening preken en ze ziet het zelfs als haar taak om de paus, die op dat moment in ballingschap zit in Avignon, terug te krijgen naar Rome. Ze trekt er aldus op uit om allerlei wereldse taken te volbrengen. “Haar hele leven wordt één voortdurend op-weg-zijn; haar op-weg-zijn door de wereld is een op-weg-zijn naar God,” staat mooi beschreven in het boek De heilige Birgitta van Zweden van Karola Adalsten.

Een zwervend bestaan 

Birgitta maakt het zichzelf niet makkelijk daarmee. Vele pelgrimstochten zullen volgen. Tochten waarin ze op vreemde plekken komt waar niemand haar begrijpt. Plaatsen waar ze soms geen eten kan vinden of waar de kloosterdeuren voor haar neus dichtgegooid worden. Zo ervaart Birgitta in den lijven hoe het is om als een arme vrouw door het leven te gaan, terwijl ze zich thuis in luxe en weelde zou kunnen omringen. Ja, zelfs terechtkan in het koningshuis. Toch zet ze menselijke verlangens en genotszucht opzij en verkiest ze een zwervend bestaan om daarmee God van dienst te zijn. Zonder risico’s is dit overigens niet. Ze beweegt zich over ruwe en gevaarlijke hooggebergten en door gebieden waar de pest heerst en roverbenden de wegen onveilig maken. Al deze levensdurf lijkt voort te komen uit haar liefde voor Christus. Haar enige en ware drijfveer.

Hoewel ze haar hele leven al een diep geloof heeft gehad in Christus, komt dit na de dood van man Ulf nog sterker tot uitdrukking. Ze krijgt een visioen waarin Christus tot haar komt en belooft haar bruidegom te zijn. Daarna zullen velen visioenen volgen, die leidden tot haar negen boeken met openbaringen. Boeken die de meest omstreden kwesties in de wereld behandelen. Zo weidt ze uit over de relatie kerk-Israël, over abortus en zelfdoding. Ook gaat ze in op de vraag waarom Christus zoveel leed toestaat, als Hij toch alle macht heeft. Christus vergelijkt zich in haar openbaringen met een vogel die boven het water vliegt en de vissen onder water wel heel duidelijk ziet, maar ze niet volledig beheerst.

Haar liefde voor Christus moet diep in haar hart en door heel haar lichaam stromen, om deze standvastigheid in haar wakker te maken. Door niets en niemand laat ze zich weerhouden en ze deinst er niet voor terug om allerlei geestelijke en politieke leiders aan te spreken op hun wangedrag. Je zou bijna jaloers worden op haar ijzersterke doorzettingsvermogen en geestdrift. Op haar vijftigste staat ze met een Latijns boek in haar handen, vastbesloten om deze taal machtig te worden en op haar 68e maakt ze nog een bedevaart naar Jeruzalem.

Vasthoudend of arrogant? 

Al deze vasthoudendheid heeft natuurlijk ook een keerzijde. Iemand die zo vasthoudend is, kan arrogant worden. Zo hoort ze Christus zeggen dat Hij nog veel meer had willen lijden, ‘liever dan dat ik jou had moeten missen.’ Maar wellicht dat een zekere mate van arrogantie ook wel nodig is om haar vooruitstrevende regels erdoorheen te krijgen bij de kerk. Het zijn regels die een kentering in de tijd moeten aankondigen. De pauselijke richtlijnen voldoen niet langer in haar visie en kerkelijke leiders dienen gezuiverd te worden. Haar kloosterregels zullen overigens niet ingewilligd worden door de Paus. Pas na haar dood wordt in haar verzoek voorzien. Daarmee zien we in haar een verhaal van de eeuwige doorzetster, die meerdere malen met lege handen komt te staan. Ook het voornemen om de paus terug te krijgen naar Rome mislukt immers – Catharina van Siena zal hier later overigens wel in slagen.

Na een laatste pelgrimstocht, komt Birgitta te overlijden in Rome. Dochter Catharina zorgt ervoor dat het lichaam van haar moeder wordt overgebracht naar Zweden. Zij rijdt zelfs met de doodskist door Europa als een ware triomftocht.

In 1391 wordt het ‘licht van het noorden’ heilig verklaard.

Birgitta wordt gezien als een vrouw die het geweten van Europa heeft wakker geschud en iemand die de christelijke grondslagen tot leven wist te wekken.

Birgitta van Zweden is patrones van pelgrims en weduwen en werd in 1999 uitgeroepen tot co-patrones van Europa, samen met Catharina van Siena en Teresia Benedicta van het Kruis (Teresia Benedicta van het Kruis (Edith Stein).  Benedictus van Nursia (sinds 1964) en HH. Cyrillius en Methodius (sinds 1980) waren al eerder co-patroon van Europa.

Nieuwe Zusters Birgittinessen in Weert, we weten het nog als de dag van gisteren, van harte gefeliciteerd met deze 15 jaar. 19 april-23 april. 2006 is een belangrijk jaar voor jullie Communiteit, want op 19 april arriveerde jullie met een belangrijke delegatie van zusters Birgittinessen vanuit Rome in Weert en dat was meteen ook voor de bestaande Contemplatieve Slotzusters een nieuw begin en een nieuwe tijd. Jullie gingen de Zusters en het klooster Maria Hart in Weert versterken, samen de inrichting van het klooster in de Maasstraat vervolmaken en inrichten voor jullie nieuwe leven om hier te wonen en te werken. Niet als Contemplatieve Slotzusters maar als een totaal nieuwe invulling van Birgittinessen, dus een Communiteit van slotzusters en het meer open karakter van nieuwe Birgittinessen van Maria Hessel-blad zijn samengebracht in het klooster Maria Hart om een nieuw begin te maken en dat is gelukt met heel veel souplesse.
De leegloop van het klooster Maria Hart in Weert van voor 2006 was hierdoor gestopt, jaren die daarna aan ons voorbijtrokken zijn veel te snel gegaan en dus kunnen wij constateren is het zeker niet geflopt. De jaren zijn als een film aan ons voorbijgegaan, zelfs op een dubbel toerental zijn ze afgedraaid, niet voor niets is deze stap destijds gezet om deze klus te klaren, wij denken dat iedereen het met ons eens is als we zeggen proficiat en heel hartelijk bedankt voor alle inspanningen voor deze mooie achter ons liggende 15 jaren. Voor ons zijn jullie schatten van mensen en nog zo jong, zomaar vanuit een ver land, je eigen dorp of stad verlaten om dit Nederlandse klooster Maria Hart te helpen om overeind te blijven, ook ons mensen in het normale leven bij te kunnen staan in gebed, bij droeve en gelukkige momenten, dat hadden wij ons niet beter kunnen wensen tot aan het moment wij dit verhaal voor jullie gingen opschrijven. Chapeau. Chapeau. Nog heel veel dank aan de zusters die jullie zijn voorgegaan, wij kunnen dit verhaal niet beter omschrijven, nog heel veel mooie jaren hopen wij dat jullie in ons midden blijven. Bedankt voor alles.

Heilige Moeder Elisabeth Hesselblad

Alle bekende feiten op een rijtje gezet.

Maria Elisabeth Hesselblad werd op 4 juni 1870 geboren in Zweden in een luthers gezin.

Op 15 augustus 1902 werd ze opgenomen in de Katholieke Kerk.

Op 24 april 1957 stierf Moeder Elisabeth Hesselblad op 86-jarige leeftijd.

Op 9 april van Heilig Jaar 2000 werd Moeder Elisabeth door paus Johannes Paus II zalig verklaard.

Op 5 juni 2016, in het Heilig Jaar van de Barmhartigheid, verklaarde paus Franciscus haar heilig.

Maria Elisabeth Hesselblad werd op 4 juni 1870 geboren in Zweden in een luthers gezin. In 1886 vertrok ze naar de Verenigde Staten. Daar studeerde ze verpleegkunde en werkte in het Roosevelt ziekenhuis in New York. Ze volgde de Heer in een zuivere innerlijke zoektocht naar de plaats waar Hij wilde dat ze Hem zou dienen. Dit leidde tot haar bekering onder begeleiding van pater Hagen s.j.

Op 15 augustus 1902 werd ze opgenomen in de Katholieke Kerk.

De Heer riep Maria Elisabeth om Hem te dienen in huis van de heilige Birgitta van Zweden in Rome. Op 25 maart 1904 trad ze het huis binnen waar haar heilige landgenote in 1373 was gestorven. Het huis werd bewoond door Karmelietessen. Haar gezondheid was destijds erg zwak. Niettemin werd ze toegelaten tot de communiteit. Vier jaar later ontving ze speciale toestemming van de heilige paus Pius X om ingekleed te worden in het habijt van de Orde van de Allerheiligste Verlosser van de heilige Birgitta. Ze bezocht vervolgens alle kloosters van de Orde in: Engeland, Spanje, Duitsland en Nederland. Ze hoopte met enkele zusters een kleine communiteit kunnen vormen in het huis van de heilige Moeder-Stichteres aan Piazza Farnese in Rome, maar ze vond niemand hiertoe bereid. Het was nooit haar intentie een nieuwe Orde te stichten. Ze wilde de oude Orde doen herleven en terugbrengen naar het huis waar de heilige Birgitta had gewoond. Haar streven was verder om de Birgittinessen terug te brengen naar Zweden en de Orde te laten opbloeien in ieder land waar de Voorzienigheid haar zou leiden.

Op 8 april 1931, de woensdag na Pasen, kreeg Moeder Elisabeth eindelijk de sleutels van het huis van de heilige Birgitta aan Piazza Farnese in Rome. De opbloeiende Orde werd gezegend met veel nieuwe roepingen. Inmiddels waren er al kloostergemeenschappen gesticht in: Via delle Isole (Rome), Djursholm (Zweden), Lugano (Zwitserland), Iver Heath (Engeland).

In 1937 zond Moeder Elisabeth twaalf zusters naar India. Daar werd het zaad gezaaid dat zo veel goede vruchten heeft voortgebracht voor de groei van onze geliefde Orde. Al bij haar aankomst in Rome, in 1904, was haar gezondheid zwak. Ze leed heel haar leven aan ernstige maagbloedingen.

Op 24 april 1957 stierf Moeder Elisabeth Hesselblad op 86-jarige leeftijd.

Op 09 april van Heilig Jaar 2000 werd Moeder Elisabeth door paus Johannes Paus II zalig verklaard.

Op 05 juni 2016, in het Heilig Jaar van de Barmhartigheid, verklaarde paus Franciscus haar heilig.

Bezield met de geest van de heilige Birgitta en gesterkt door een diepgelovig vertrouwen op de Heer, heeft ze zich onvermoeibaar ingezet voor de Kerk en de eenheid van de Christenen.

150 jaar geleden werd de pionier van de oecumene geboren.

Van protestantse naar katholieke heilige: Elisabeth Hesselblad

Wat is de “ware kudde”? Deze vraag was in haar beginjaren al de zorg van de Zweed Elisabeth Hesselblad. In de VS zou het een antwoord moeten vinden. Maar door haar acties in Rome tijdens de Tweede Wereldoorlog werd haar leven letterlijk film klaar.

Door Anselm Verbeek (KNA) | Bonn – 04.06.2020

Een negen minuten durende film over het sociale werk van een onopvallende non en haar zusters in een Romeins klooster – dat klinkt onuitputtelijke. Toch heeft het “Santa Brigida” uit 1952 op zich. De film volgt het leven van de Zweedse oprichter Elisabeth Hesselblad. De regisseur: niemand minder dan Roberto Rossellini, in de hoofdrollen het Zweedse filmicoon Ingrid Bergman als helper van de religieuze zusters – en Hesselblad zelf. Een toen 82-jarige zuster herinnert zich: “Bijna 50 jaar geleden kwam ik naar Rome om te sterven. Maar in zijn goedheid gaf de Heer mij weer kracht en gezondheid”.

Hesselblad, geboren 150 jaar geleden, op 4 juni 1870, in Faglavik, Zweden, zou nog steeds veel kracht moeten hebben. De non kwam tot filmische eer, niet alleen omdat ze een pionier was in de oecumene. Hesselblad wordt ook geëerd als “Righteous Among the Nations” bij het Yad Vashem Holocaust Memorial. In 2016 – in totaal 59 jaar na haar dood op 86-jarige leeftijd – werd ze heilig verklaard door paus Franciscus, de eerste Zweedse heilige na de Reformatie.

Een religieus huis als toevluchtsoord

Rossellini’s korte film reconstrueert onder andere het maatschappelijk werk dat Hesselblad en haar zusters in Italië deden tijdens de Tweede Wereldoorlog en de daaropvolgende jaren. Een scène speelt zich af op het dakterras van het Casa di Santa Brigida, het huis van St. Brigitta in Rome. De non en andere zusters zijn te zien wassen en herstellen van bergen wasgoed en het sorteren van duizenden bundels kleding die binnenkwamen uit hun door oorlog gespaarde thuisland Zweden. Het huis op Piazza Farnese werd een distributiecentrum van kleding en voedsel voor behoeftige en een toevluchtsoord lang voordat Duitse troepen Rome in september 1943 bezetten.

Nadat de fascisten in Italië aan de macht waren gekomen, werden de religieuze vrouwen rond Hesselblad regelmatig gecontroleerd door de politie. De situatie werd uiterst riskant voor het Birgittes klooster en voor ongeveer 150 andere kerkelijke instellingen tijdens de Duitse bezetting, toen Hitler opdracht gaf tot de “liquidatie” van de Romeinse Joden. Op 16 oktober 1943 werden ze gearresteerd bij een inval. Kerken boden asiel aan veel vervolgden. Volgens schattingen heeft het kerkasiel meer dan 4.500 “niet-A«ijnen” gered. Alleen al in het moederhuis van de Birgittes vonden meer dan 60 Joden hun toevlucht.

Op 5 juni 2016 heiligde paus Franciscus de oprichter van de Poolse orde Jan Papczynski (1631-1701) en de Zweedse oecumenepionier en Joodse redder Maria Elisabeth Hesselblad (1870-1957). De dienst op het Sint-Pietersplein werd ook bijgewoond door Birgittes uit Zweden.

Dat Hesselblad op een dag een katholieke non zou worden en later zijn eigen tak van de orde vond, was niet te voorzien. Ze was opgegroeid als vijfde van 13 kinderen van een Luthers gezin. Al op jonge leeftijd raakte ze geïnteresseerd in verschillende christelijke bekentenissen en in de vraag wat de “ware kudde” was.

De kracht van een zeer speciale “parelketting”

Op 17-jarige leeftijd emigreerde Hesselblad naar Amerika. In een ziekenhuis in New York volgde ze een opleiding tot verpleegster. In de Melting Pot aan de East River leerde ze veel religies kennen, protestantse vooroordelen smolten weg. Aan het bed van zieke katholieken voelde ze de kracht die zetrokken uit een heel speciale “parelketting”, de rozenkrans.

Na 20 jaar zoeken naar geloof realiseerde Hesselblad zich dat er geen perfecte kerkgemeenschap is. Toch voelde de zelfbewuste verpleegster zich dicht bij de katholieke kerk en accepteerde deze faith. In 1904 verhuisde ze naar Rome.  Hun doel: een centrum creëren voor de Birgittes in Rome en het weer thuis maken in Zweden. Het Casa di Santa Brigida was volgens Hesselblad een droom van haar jeugd. Saint Birgitta, stichter van de Orde van de Verlosser, is een nationale heilige in Zweden.

Met jonge vrouwen uit Engeland stichtte Hesselblad in 1911 een nieuwe tak van de Orde van St. Birgitta. Hesselblad stond als overste van de hervormde tak van de orde van St. Birgitta aan het hoofd van de gemeenschap. Een droom kwam uit voor Hesselblad toen haar orde het Casa di Santa Brigida verwierf – het Romeinse moederklooster met charisma voor oecumene, de vrede van religies en volkeren in de wereld. Door Anselm Verbeek (KNA).

Ik lees op de site van onze lieve Zusters in het Klooster Maria Hart in Weert nog een hele mooie bijkomstigheid, Moeder Elisabeth Hesselblad is in 1910 in Weert in het klooster geweest en men vertelt het volgende:

Wist u dat zij in september 1910 naar onze Abdij Maria Hart, toen nog een slotklooster, is gekomen om hulp te vragen om zusters naar Rome te sturen? Toen konden de goede zusters haar helaas niet helpen. Jaren later gebeurde het tegenovergestelde en daarom zijn we nu hier (onlangs vierden we ons 15-jarig jubileum)! Wij zijn enorm dankbaar en blij om in Abdij Maria Hart te zijn!  Foto gemaakt op: 04-05-2021,

 

 

Onze huisdokter

Onze huisdokter Mevr. Sylvie Rietjens heeft op:

Maandag – woensdag – vrijdag spreekuur van: 8:00 tot 11:30 uur

en van: 14:30 tot 16:30 uur.

Donderdagochtend spreekuur: van: 8:00 tot 11:30 uur

Tel: 0495 – 53 27 64 Website Dr. Rietjens: www.huisartsenpunt.nl

Afspraak maken van: 10:00 tot 12:00 uur, Praktijk: Kerkstraat 94, 6006 KR Weert

OPMERKINGEN

Mevrouw Dr. Silvie Rietjens:

Bloedprikken beide op 27 februari 2024 om 09:20 uur

De Hartstichting

  1. Sint Jans Gasthuis Weert.
  2. Catharinaziekenhuis Eindhoven.