Een belevenis tijdens onze vakantiedagen in het Sauerland-Duitsland in 2005.

  • Hebben we dan toch een beschermengel die met ons meeloopt en meekijkt?
  • Plots was daar die behulpzame jongeman uit het niets.
  • Een bijzondere ontmoeting.
  • Een Engel?
  • Wij weten het niet, we twijfelen.

Wij vertellen in dit verhaal wat wij meemaakte tijdens een van onze wandelingen.

Het is vandaag zondag 7 augustus 2005, Wij zijn op vakantie voor enkele dagen in het Sauerland in Duitsland.

Wij logeren bij Landgasthof KLEINER in het dorp Stockum en dit dorp valt onder de gemeente Sundern in Noord-Rijnland-Westfalen. Sundern ligt vlak bij de Sorpesee, dit is een groot meer waar campings rondom liggen en waar veel aan watersport wordt gedaan. Op dit meer gaat een rondvaartboot op en neer en vaar je met deze boot mee naar de andere kant.

Stockum is te bereiken op verschillende manieren.

Met de auto via Venlo en het Ruhrgebied en via de autoweg Roermond, Keulen, Olpe enz.

Het weer is niet zo best, maar de lucht ziet er niet uit dat het aanhoudend zal gaan regenen en wij besluiten toch maar om te gaan wandelen. Gewapend met wel een paraplu en onze wandelstok gaan we op weg. Deze weg hebben we nog niet eerder gelopen en het is dus voor ons weer een nieuw avontuur en een nieuw gebied om te gaan ontdekken.

Wij komen regelmatig in Sauerland en logeren dan steeds bij de familie Kleiner. Sinds 2002 komen we hier en dat is inmiddels nu bijna 20 jaar. Het jaar 2020 gooit roet in het eten omdat de hele Coronacrisis en de daaraan gekoppelde pandemie van niet kunnen reizen ons parten speelt. Het jaar 2021 begint ook nog niet goed en zijn wij in afwachting van onze vaccins die zo is ons beloofd, in het tweede kwartaal moeten zijn gezet. Voor ons wordt het leven dan weer wat normaler hopen wij.

Wij lopen achter ons hotel weg richting Sundern en we volgen voorlopig de wegmarkering met de open vierkantjes die tegen bomen zijn gespijkerd en gaan dan op de T – kruising bij de eerste boerderij rechtsaf. Dan gaan we naar links, over een bruggetje, volgen deze bosweg richting Recklinghausen. We gaan tussen twee bergen door, de Winzenberg en de Kahlenberg.

Aangekomen in deze plaats, gaan we tot aan de hoofdweg de L 519, dan gaan we een paar 100 meter naar rechts en slaan dan weer links af. Deze weg loopt tussen enkele huizen 100 meter naar omhoog, dan gaan we weer naar links langs de afrastering van een waterwingebied. Op deze afbuiging staat een bankje en we rusten even uit.

Wij vervolgen onze wandeling. Het is een mooi pad dat we lopen en er staan flink wat braambesstruiken langs de kant over een afstand van 10-tallen meters. We plukken enkele bramen en gaan dan verder, we hebben onze vitaminen weer binnen en misschien hebben wij die ook nodig omdat het een zeer inspannende wandeling wordt.

Het pad is smal en je kunt zien dat er weinig gelopen wordt. Het pad geeft een prachtig uitzicht en we lopen steeds verder omhoog. Boven aangekomen staan we plotseling voor een oorlogsmonument, een enorm wit betonnen kruis van ongeveer twintig meter hoog.

Aan beide zijde van het kruis op een tableau links de gevallenen uit de eerste Wereldoorlog en rechts een tableau met daarop de gevallenen uit de tweede Wereldoorlog.

Het ziet er naar uit dat hier weinig mensen komen. Als we er later tijdens onze wandeling op gaan letten zullen we het kruis op een lange afstand blijven zien. Het kruis staat lager op de berg dan een enorme elektriciteitsmast weer verderop. Als we dan weer doorlopen staan we na enige tijd oog in oog met deze enorme elektriciteitsmast en hier rusten we dan even uit op een bankje en ik maak wat foto’s.

We discuteren dan even met elkaar en kijken welke kant we opgaan en als we goed op de landkaart kijken dan moeten we naar rechts volgens ons. Dit besluit is achteraf verkeerd gebleken want we waren nog niet zo ver om af te buigen naar Sundern, dit was wel de bedoeling om er dan koffie te gaan drinken met iets lekkers erbij.

We zijn dit pad opgegaan en na enkele minuten ging het toch flink regenen en moesten we de paraplu opzetten. Zo hebben we enige tijd doorgelopen, eerst door een ruim bos met grote bomen en hierin stond een stenen zuil met rondom wat plaatsnamen (Weninghausen, Westerveld en Recklinghausen) als een markering voor het samenkomen van hun grenzen. Dan lopen we op een pad wat helemaal tegen de berg is gelegen en waar je aan een kant de berg en het bos hebt en aan de andere kant uitkijkt over weilanden. Je loopt steeds onder de bebossing door en je moet uitkijken dat je niet steeds tegen de struiken aanloopt want door de regen en met paraplu op, word je dan toch nog steeds natter.

Opeens zeggen we tegen elkaar terwijl we verder lopen dat we denken dat wij niet goed lopen, want als je goed kijkt dan ligt Sundern meer links op de kaart en het plaatsje wat we zien liggen zeker niet Sundern is. Volgens de kaart zou dat het plaatsje Weninghausen kunnen zijn. We weten het niet meer en de landkaart wordt goed nat.

Plotseling uit het niets passeert ons op dit smalle pad een jonge man van ongeveer 25 jaar, we hadden hem helemaal niet aan horen en zien komen. Mijn vrouw vraagt aan hem, terwijl hij passeerde op dit pad, of dit pad uitkomt op de weg naar Sundern.

Hij zij ons in het voorbijgaan dat we goed fout zaten en dat we terug moesten lopen totdat we weer terug waren bij de elektriciteitsmast. Dus weer dat hele stuk omhooglopen, hij vertelde ons ook dat dit niet meer zo ver was. Het was wel een flink stuk teruglopen en dus bergop en extra zwaar met deze regen.

Waarom vertelde hij dit aan ons, we wisten waar we vandaan kwamen. Wilde hij ons op ons gemak stellen? Wat ons opviel was dat de man nergens vandaan had kunnen komen zonder dat wij dit zouden hebben gezien. Er waren geen parkeerplaatsen, noch andere paden die aangesloten waren op ons pad. Het viel ons beide op dat de man geen waterdruppels op zijn jas had. Hij was helemaal niet nat en had een nette overjas aan, niet direct een kledingstuk om hier te gaan wandelen op dit uur van de dag. Wij hadden een paraplu nodig om niet nat te worden, hij zou toch ook nat moeten worden zou je zeggen, zeker om onder de hangende takken door kun je niet drooglopen.

Mijn vrouw en ik zijn zwijgend teruggelopen totdat we weer boven op het wat vlakkere terrein waren. We zijden allebei tegelijkertijd tegen elkaar, had jij dat ook gezien dat die man uit het niets kwam en niet nat was op enkele druppels na. Wij hadden er bij het omhoog lopen allebei over na lopen denken hoe dit had gekund. Was dit onze beschermengel geweest?

Uiteindelijk zijn we weer boven bij de elektriciteitsmast en gaan dan het andere pad volgen. We lopen dan langs kleine bospercelen en afgemaaide korenvelden en komen dan onder aan de hoofdweg weer uit.

Hier is een restaurant voor de snelle hap en we besloten om hier maar koffie te gaan drinken. We waren maar net binnen of er ging een regenbui over ons heen die als we nog buiten waren geweest in het vrije veld, we door en door nat waren geworden ook al hadden wij onze paraplu opgehad.

Toen het weer droog geworden was zijn we verder gelopen richting Recklinghausen.

We zijn weer dezelfde weg teruggelopen tussen de bergen door naar ons hotel in Stockum. We hebben vandaag weer fijn gewandeld. Wij hebben iets beleefd dat in het geheugen enige tijd zal blijven zitten. In ieder geval zullen we het aan iedereen die het horen wil vertellen. Of de aanhoorders het dan willen geloven of niet in ieder geval zaten wij er vol van. *JGJCVA25022021*

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie